Een week met Joël
Zondag: We beginnen goed; mama is jarig! 'Krijg ik dan ook kado's?' Het commentaar van grote zoon. 'Nee helaas, geen kado's maar wel taart!'
Half uurtje later zitten we allemaal aan een (iets te groot uitgevallen) stuk taart. Ons ontbijt vandaag. Joël: 'Waar groeit deze?' 'Ehm... bij de bakker?' 'Oké'. Gelukkig, antwoord is goed gekeurd voor nu. Ik weet; niet helemaal pedagogisch, maar op sommige momenten is het gewoon even makkelijker om ons weetgrage kind iets op de mouw te spelden. Sorry...
Maandag: Joël en mama zitten in de tram. "Waarom staat daar een hek? Waarom zegt die meneer niets? Waarom heeft die meneer een slurf (= snor...)? Waarom rijdt de tram zo snel? Waarom heeft die jongen lang haar? Is hij nu een meisje? Waarom hebben meisjes lang haar?' O... lieve lieve Joël. Op goed geluk geef ik soms antwoord. Een risico, ieder antwoord zorgt weer voor een nieuw vragenvuur. Soms is de bedoeling juist geen antwoord te geven, maar zeg nooit, echt nooit het onnozele: 'Ik weet het niet'.
Wanneer ik aan het einde van mijn fantasie oprecht stamel: 'Ik weet het niet', staat dat gelijk aan een oorlogsverklaring. Kind overstuur. 'Maar jij moet het weten! Jij mag niet zeggen 'ik weet het niet!' Weer een dikke sorry van mijn kant... Hoe ouder je gaat worden hoe meer je gaat beseffen dat er weinig is wat je moeder eigenlijk ècht weet en hoe meer mama door de mand gaat vallen. Geloof me. 'Waarom?'
Dinsdag: 'Ik wil naar opa en oma'. 'Kan vandaag niet Joël, de trams, bussen en treinen rijden niet.' 'Waarom rijden ze niet?' 'Ze hebben een dagje vrij, de meneer van de trein vind dat hij al zoveel moet werken en daarom blijft hij vandaag een dagje thuis'. 'Maar dat kan niet, ik kan de 'patiënt' van de trein wel weer blij maken. Hij moet eerst een feest vieren en dan geef ik een verrassing, een kado. Een eh... (haper... denk... eh...) een nieuwe bril! Dan worden ze wel weer blij en kan de trein weer verder rijden!' .
Jongen, met dit oplossend vermogen ga jij ieder pensioenconflict vast succesvol beslechten, op een dag.. Later als je groot bent... Zet 'em op!
Woensdag: Wegens een irritant aanhoudend hoestje en een boel overgeef in de nacht heb ik voor onze grote zoon een afspraak gemaakt bij de dokter. We nemen plaats in de wachtkamer. Hij met een best humeur, ik met kromme tenen. En ja hoor, al snel hoor ik naast me: 'Is die mevrouw ook ziek? Maar waarom heeft die mevrouw geel haar?' Gelukkig krijg ik van geblondeerde dame een begripvolle glimlach, waarna ik Joël een boekje in zijn handen schuif. Er komt een meneer binnen. 'Is dat een Chinees?' Gelach om me heen. Meneer spreekt Engels dus mag ik de vraag van mijn kind ook nog een keer herhalen! Glimlachend bevestigd meneer dat hij Chinees- Amerikaans is en neemt plaats naast Joël. Hij schuift direct naar me toe. 'Ik vind die Chinees eng'. Eh... oke, waar was je boekje ook alweer? 'Mama zitten we nu in de huiskamer?' 'Nee Joël, dit is de wachtkamer van de dokter. We gaan straks toch even met de dokter praten over je keel? Je bent toch een beetje ziek?' Twee donkere ogen kijken me vol ongeloof aan: 'Maar ik ben helemaal niet ziek, ik kom alleen m'n vrachtwagen aan de dokter laten zien!' En inderdaad, tijdens het consult houd meneer stug vol dat hij helemaal niet ziek is, niet misselijk, geen keelpijn, niks aan de hand... Met een adviesje voor bisolvon loop ik gedesillusioneerd het gebouw uit. Na deze rampnacht, niks aan de hand...? 'Ik kom wel terug als het nog een keer gebeurd, stamel ik'...'Dag dokter'.
Donderdag: Familie in opperbeste stemming. We eten sushi. Joël loopt na een paar rondes vis en rijst trots door het restaurant te paraderen met natuurlijk Levi in zijn kielzog. Bij iedere tafel blijft hij staan voor een praatje. 'Smaakt het? Is het lekker?' Op een gegeven moment hoor ik hem aan de praat met de serveersters. 'Hoe heet jij?' 'Ik ben Gerbrand.' 'Wat? Hoe heet jij?' 'Ik ben Johannes maar ook Joël'.
Terug aan de tafel leg ik hem desgevraagd uit dat zalm dode vis is. 'Ach...'Vol compassie begint hij iedere zalm sushi te aaien en liefkozen. Zo zielig dat die vis dood is. Maar ook wel lekker. Na een poosje komt er nogal schuchter...'Maar...eten ze ook kindjes?'
Vrijdag: Yes! Een uitje voor mama! Eindelijk kunnen we naar de Tong Tong Fair. Eerdere jaren kwam het er niet van, dus deze dag was al lange tijd gereserveerd. Joël mee want: educatief, oosters, herkenning, mama- Joël dag, nieuwe dingen laten proeven en zien...
Vol goede moed lopen we naar het 'Thailand- huis'. Zo hebben we het festivalterrein genoemd. Betalen en naar binnen... En binnen no- time weer naar buiten. Joël boos. Kwaad op iedereen en vooral op mama. Hoe kan ik hem nou daar mee naartoe nemen. Het stinkt binnen! Het ruikt inderdaad binnen naar een mengelmoes van durian en wierrook, een combi die mij direct op de night market in Bangkok zet maar mijn zoon de stuipen op het lijf jaagt. 'Ik wil weg, het stinkt. Nee ik wil niet eten, nee ik wil niks zien, ik wil buiten rennen'. Eerlijk is eerlijk, een ding kan hem bekoren. Uitgebreid houd hij stil bij metershoge foto's van topless dames. Laten we het er maar op houden dat onze interesses nog wat uit elkaar liggen... Dus na 15 min Tong Tong Fair gaan we 15 euro armer maar weer op huis aan. Bij deze: Tong Tong Fair 2019: mede mogelijk gemaakt door...
Zaterdag: 'Jij bent mijn lievelingsmama!' Wat een liefde! Ik weet; er is niet zo heel veel keuze en we zijn net bij de snackbar geweest, maar toch. Deze 'verzachtende omstandigheden' doen geen afbreuk aan deze knaller! Ik ben zijn lievelingsmama! Yes!
Onweer in de avond. Een verdwaalde slag. 'Waar wordt onweer van gemaakt?' Eh... 'Dan botsen een koude en een warme wolk tegen elkaar aan en komt er een knal' 'Is onweer vuurwerk?' Nee. 'Waarom niet?' 'Vuurwerk maken de mensen en onweer maakt de Heere Jezus'. 'Nee, onweer zijn twee wolken die tegen elkaar botsen!' Wijsneus...
En Levi? Onze lieve Levi breidt zijn woordenschat dagelijks uit en weet me dagelijks te verrassen met nieuwe woorden en zinnetjes. Maar... het aller belangrijkste voor een peuter van bijna twee jaar: 'Ook'...'Die mij'.... 'Nee'...
Mannen jullie houden me lekker bezig! Dank jullie wel!
Reis mee met papa Delano, mama Bertina, Joël (3 jaar) en Levi (1 jaar). We gaan naar Thailand. Volg ons op weg naar de verhuizing en een nieuw leven daar. We schrijven over het wel en wee binnen ons gezin en houden je op de hoogte van de vorderingen, plannen en avonturen.
donderdag 6 juni 2019
donderdag 16 mei 2019
Om hulp vragen doe je niet
De titel boven deze blog zegt het al. Om hulp vragen doe je niet. Ik niet. Voor je besluit verder te lezen of af te haken, moet je weten dat ik alles kan. Er is werkelijk niets waar ik enige hulp bij nodig heb. Alle hindernissen bied ik efficiënt en indien nodig heldhaftig het hoofd.
Zo ook vandaag. Samen met mijn jongste zoon ben ik onderweg naar Opoe (mijn oma). Zoonlief had al snel door waar de reis naartoe ging. Zodra we bij het station arriveerden en hij begreep dat we met de trein mee zouden gaan riep hij 'Opoe!' Goed geraden zoon.
Reizen met de trein is leuk. Gewoon leuk. En vooral met kleine kinderen. Het hele gebeuren voordat de trein daadwerkelijk gaat rijden. Het fluitje van de conducteur (door Joël nog altijd vastberaden de 'patiënt' genoemd), het sluiten van de deuren en dan het langzaam vertrekken van die wonderlijke slang vol mensen. Joël verbaast zich op dit moment het meest over de elektriciteitskabels boven de trein die helemaal mee gaan naar Schiphol of verder.
Levi kijkt vol verrukking naar de deuren die open en dicht gaan. Open- dicht- open - dicht is het commentaar wat hij vanuit zijn wagentje levert. Geen speld tussen te krijgen.
Nadat ik mijn saldo voor de zoveelste keer heb opgeladen en me opnieuw heb geërgerd aan het hele 'ov- chipkaart systeem' is het tijd in te stappen. Gelukkig kunnen we met de intercity mee. Die vinden de jongens (en ik nu natuurlijk ook) veel interessanter dan de sprinter. Dat is een soort veredelde tram voor hen.
En dan kom ik weer bij het trappetje... Die twee kl*terige treetjes. Natuurlijk kan ik dat zelf wel regelen met die kinderwagen. Ik bedoel... Ik heb nog een paar minuten en neem de tijd om een mooi plekje voor zoon (met wagen) en mijzelf uit te zoeken. Ik loop langs de trein en zie wat NS- personeel. Geheel toevallig besluit ik dat bij de dichtstbijzijnde deur het ideale plekje is voor zoonlief en mij. Ik werp een steelse blik op het babbelende NS- personeel, maar helaas. Om hulp vragen doe je niet. Liever bijt ik mijn tong af, of concreter; verrek ik mijn rug. Met een onbewogen blik til ik zoon en kinderwagen omhoog en balanceer op de twee traptreden. Met een plof vallen we de trein binnen. Ik recht mijn (pijnlijke) rug en heb een vreemd gevoel van triomf. Zie je wel dat ik niemand nodig heb? Is dit nou echt een overwinning?
We zitten in de trein en na een korte rit staan we voor uitdaging twee. Deze heet uitstappen met kinderwagen inclusief kind. Al ruim voordat we het station naderen installeer ik me geheel onopvallend pal voor de deur. Ik ga uitstappen. Niemand kan dit ontgaan. Een heer van zekere leeftijd komt erbij staan. Keurig type, koffie in de hand, reizend in de eerste klas. Heeft ook nergens hulp bij nodig. Kan ook de hele wereld aan. Meneer struikelt bijna over kinderwagen en kind bij zijn haast om weg te komen. Mij enigsins verbouwereerd achter latend. Maar nee, om hulp vragen doe ik niet, dus maak ik aanstalten om kind en wagen opnieuw op te tillen en naar buiten te brengen. Een oude dame die aan het wachten is om in te stappen schiet me te hulp. Wellicht omdat zij het risico bedolven te worden onder kinderwagen, kind en moeder wat te groot vond of gewoon omdat ze zag dat het wel handig was. Of... In ieder geval ben ik haar dankbaar en kruipt er een geheel misplaatst schuldgevoel naar de oppervlakte. Zo'n ouwe dame! Mij helpen! Ik die alles zelf kan! Een beetje kwaad op mijzelf en de situatie vervolg ik mijn weg naar de bus, we hebben precies vier minuten voor de overstap vertelde de app mij zeer adequaat.
Onderweg naar de bus spreekt een meneer mij aan. Dakloos, denk ik. 'Mevrouw, heeft u twee euro voor mij?' 'Heb ik niet bij me'. Ik reageer haast automatisch. Geen interesse. O ja, ik heb wel wat muntgeld bij me, maar vast geen twee euro dus ik vind niet dat ik lieg. Bovendien heb ik ook geen tijd om hier over na te denken. Bij aankomst op het busplatform blijkt dat de reisplanner de werkelijkheid toch wat anders interpreteerde en ik nog een aantal minuten op de bus mag wachten. Meneer de dakloze komt opnieuw naar me toe en krijgt een warme glimlach van mijn zoon. Omdat ik toch moet wachten besluit ik wat aandacht te besteden aan de man die me nu een verhaal aan het vertellen is over te weinig eten. Omdat ik nog steeds de gevraagde twee euro's niet in mijn portemonnee heb, maar wel aangesproken wordt door mijn geweten bedenk ik me dat ik net een broodje voor Levi heb gekocht. Triomfantelijk haal ik de lunch van mijn zoon tevoorschijn en wil deze overhandigen aan meneer. (Sorry zoon). Maar nee, bij nader inzien heeft meneer toch liever een kopje koffie. Oei, ik begin me nu werkelijk te irriteren, maar omdat hij zo aardig aan het babbelen is met zoonlief slik ik nog een keer. 'Ik heb alleen maar een pasje bij me, verder geen kleingeld, verklaar ik mijn halsstarrige weigering om aan zijn verzoek te voldoen. Niet helemaal waar, maar komt me nu beter uit... En bovendien kan de bus nu ieder moment komen dus tijd (en zin) om een kop koffie voor meneer te kopen was er niet. Meneer bleek een aanhoudend type en vond dat ik best wel even kon pinnen en hem dan een deel van de opbrengst kon geven. Ik weet niet of het aan mijn blik lag, of de verbijstering of dat het iets te lang duurde voor ik antwoord produceerde, maar zonder dat ik ook nog maar iets hoefde (of kon) zeggen schoot hij iemand anders aan met dezelfde vragen.
Onderweg in de bus bedacht ik me dat ik eigenlijk wel iets van hem leren kon. Ik bedoel... Over hulp vragen gesproken...
Ach... het blijft gewoon 'een dingetje'. Ik bedenk met dat meneer de dakloze en ik meer gemeen hebben met elkaar dan lijkt. Ik bedoel... beiden kregen we niet wat we wilden. Ons beider gedrag gaf ons niet wat we nodig hadden. Hulp vragen. Om hulp vragen doe je niet.
Of teveel. Te vaak.Te...
Omdat ik nu toch in de gelegenheid ben een stukje te schrijven wil ik jou, beste lezer, net als mijzelf van harte oproepen om alle mama's (en papa's natuurlijk) die zich met kinderwagens in het openbaar vervoer begeven, de helpende hand te bieden. Gewoon omdat dat heel erg fijn is voor de kinderwagenduwers onder ons. Gewoon omdat het jouw dag een gouden randje geeft. Gewoon omdat we niet om hulp vragen.
Dan stop ik voortaan een twee euro muntstuk in mijn jaszak. Beloofd...
Want weet je; om hulp vragen doe je niet...
De titel boven deze blog zegt het al. Om hulp vragen doe je niet. Ik niet. Voor je besluit verder te lezen of af te haken, moet je weten dat ik alles kan. Er is werkelijk niets waar ik enige hulp bij nodig heb. Alle hindernissen bied ik efficiënt en indien nodig heldhaftig het hoofd.
Zo ook vandaag. Samen met mijn jongste zoon ben ik onderweg naar Opoe (mijn oma). Zoonlief had al snel door waar de reis naartoe ging. Zodra we bij het station arriveerden en hij begreep dat we met de trein mee zouden gaan riep hij 'Opoe!' Goed geraden zoon.
Reizen met de trein is leuk. Gewoon leuk. En vooral met kleine kinderen. Het hele gebeuren voordat de trein daadwerkelijk gaat rijden. Het fluitje van de conducteur (door Joël nog altijd vastberaden de 'patiënt' genoemd), het sluiten van de deuren en dan het langzaam vertrekken van die wonderlijke slang vol mensen. Joël verbaast zich op dit moment het meest over de elektriciteitskabels boven de trein die helemaal mee gaan naar Schiphol of verder.
Levi kijkt vol verrukking naar de deuren die open en dicht gaan. Open- dicht- open - dicht is het commentaar wat hij vanuit zijn wagentje levert. Geen speld tussen te krijgen.
Nadat ik mijn saldo voor de zoveelste keer heb opgeladen en me opnieuw heb geërgerd aan het hele 'ov- chipkaart systeem' is het tijd in te stappen. Gelukkig kunnen we met de intercity mee. Die vinden de jongens (en ik nu natuurlijk ook) veel interessanter dan de sprinter. Dat is een soort veredelde tram voor hen.
En dan kom ik weer bij het trappetje... Die twee kl*terige treetjes. Natuurlijk kan ik dat zelf wel regelen met die kinderwagen. Ik bedoel... Ik heb nog een paar minuten en neem de tijd om een mooi plekje voor zoon (met wagen) en mijzelf uit te zoeken. Ik loop langs de trein en zie wat NS- personeel. Geheel toevallig besluit ik dat bij de dichtstbijzijnde deur het ideale plekje is voor zoonlief en mij. Ik werp een steelse blik op het babbelende NS- personeel, maar helaas. Om hulp vragen doe je niet. Liever bijt ik mijn tong af, of concreter; verrek ik mijn rug. Met een onbewogen blik til ik zoon en kinderwagen omhoog en balanceer op de twee traptreden. Met een plof vallen we de trein binnen. Ik recht mijn (pijnlijke) rug en heb een vreemd gevoel van triomf. Zie je wel dat ik niemand nodig heb? Is dit nou echt een overwinning?
We zitten in de trein en na een korte rit staan we voor uitdaging twee. Deze heet uitstappen met kinderwagen inclusief kind. Al ruim voordat we het station naderen installeer ik me geheel onopvallend pal voor de deur. Ik ga uitstappen. Niemand kan dit ontgaan. Een heer van zekere leeftijd komt erbij staan. Keurig type, koffie in de hand, reizend in de eerste klas. Heeft ook nergens hulp bij nodig. Kan ook de hele wereld aan. Meneer struikelt bijna over kinderwagen en kind bij zijn haast om weg te komen. Mij enigsins verbouwereerd achter latend. Maar nee, om hulp vragen doe ik niet, dus maak ik aanstalten om kind en wagen opnieuw op te tillen en naar buiten te brengen. Een oude dame die aan het wachten is om in te stappen schiet me te hulp. Wellicht omdat zij het risico bedolven te worden onder kinderwagen, kind en moeder wat te groot vond of gewoon omdat ze zag dat het wel handig was. Of... In ieder geval ben ik haar dankbaar en kruipt er een geheel misplaatst schuldgevoel naar de oppervlakte. Zo'n ouwe dame! Mij helpen! Ik die alles zelf kan! Een beetje kwaad op mijzelf en de situatie vervolg ik mijn weg naar de bus, we hebben precies vier minuten voor de overstap vertelde de app mij zeer adequaat.
Onderweg naar de bus spreekt een meneer mij aan. Dakloos, denk ik. 'Mevrouw, heeft u twee euro voor mij?' 'Heb ik niet bij me'. Ik reageer haast automatisch. Geen interesse. O ja, ik heb wel wat muntgeld bij me, maar vast geen twee euro dus ik vind niet dat ik lieg. Bovendien heb ik ook geen tijd om hier over na te denken. Bij aankomst op het busplatform blijkt dat de reisplanner de werkelijkheid toch wat anders interpreteerde en ik nog een aantal minuten op de bus mag wachten. Meneer de dakloze komt opnieuw naar me toe en krijgt een warme glimlach van mijn zoon. Omdat ik toch moet wachten besluit ik wat aandacht te besteden aan de man die me nu een verhaal aan het vertellen is over te weinig eten. Omdat ik nog steeds de gevraagde twee euro's niet in mijn portemonnee heb, maar wel aangesproken wordt door mijn geweten bedenk ik me dat ik net een broodje voor Levi heb gekocht. Triomfantelijk haal ik de lunch van mijn zoon tevoorschijn en wil deze overhandigen aan meneer. (Sorry zoon). Maar nee, bij nader inzien heeft meneer toch liever een kopje koffie. Oei, ik begin me nu werkelijk te irriteren, maar omdat hij zo aardig aan het babbelen is met zoonlief slik ik nog een keer. 'Ik heb alleen maar een pasje bij me, verder geen kleingeld, verklaar ik mijn halsstarrige weigering om aan zijn verzoek te voldoen. Niet helemaal waar, maar komt me nu beter uit... En bovendien kan de bus nu ieder moment komen dus tijd (en zin) om een kop koffie voor meneer te kopen was er niet. Meneer bleek een aanhoudend type en vond dat ik best wel even kon pinnen en hem dan een deel van de opbrengst kon geven. Ik weet niet of het aan mijn blik lag, of de verbijstering of dat het iets te lang duurde voor ik antwoord produceerde, maar zonder dat ik ook nog maar iets hoefde (of kon) zeggen schoot hij iemand anders aan met dezelfde vragen.
Onderweg in de bus bedacht ik me dat ik eigenlijk wel iets van hem leren kon. Ik bedoel... Over hulp vragen gesproken...
Ach... het blijft gewoon 'een dingetje'. Ik bedenk met dat meneer de dakloze en ik meer gemeen hebben met elkaar dan lijkt. Ik bedoel... beiden kregen we niet wat we wilden. Ons beider gedrag gaf ons niet wat we nodig hadden. Hulp vragen. Om hulp vragen doe je niet.
Of teveel. Te vaak.Te...
Omdat ik nu toch in de gelegenheid ben een stukje te schrijven wil ik jou, beste lezer, net als mijzelf van harte oproepen om alle mama's (en papa's natuurlijk) die zich met kinderwagens in het openbaar vervoer begeven, de helpende hand te bieden. Gewoon omdat dat heel erg fijn is voor de kinderwagenduwers onder ons. Gewoon omdat het jouw dag een gouden randje geeft. Gewoon omdat we niet om hulp vragen.
Dan stop ik voortaan een twee euro muntstuk in mijn jaszak. Beloofd...
Want weet je; om hulp vragen doe je niet...
vrijdag 12 april 2019
Een dagje Azië in Den Haag
Deze week deden we een dagje Azië in Den Haag. We prijzen ons gelukkig op loopafstand van China Town te wonen en zijn met regelmaat te vinden in allerlei winkeltjes en eethuisjes...
Eigenlijk wilde mama een rustig thuis- dagje houden en een en ander in kasten en wasmanden organiseren, maar (uiteraard) liep dit anders.
'Ik wil naar de kapper, ik heb meisjeshaar'. Joël. Hij kijkt bezorgd naar zijn voorhoofd en constateert dat zijn bruine haren gevaarlijk dicht bij zijn ogen komen. Hij klaagt hier al een poosje over, maar de maat is vandaag vol. En ja... hij heeft gelijk. Ik besluit mijn agenda aan de kant te schuiven en met mijn grote zoon naar de kapper te gaan. Onderweg pikken we papa en Levi op en samen lopen we naar de Chinese kapper. Onze vaste favoriete stek. Het is de kapper waar we inmiddels al jaren komen, een familiezaak. Het is een plek die, met een beetje geluk, naar rijst ruikt omdat de rijstkoker natuurlijk ook uit de kapsalon niet weg te denken is. Samen met een van de kapsters was ik tegelijkertijd zwanger, we kletsen honderd uit over de kids, het is de kapper die vaak net niet begrijpt wat ik met mijn haar wil, waardoor de knipbeurt altijd een extra verrassingseffect heeft en het is de kapsalon waar steenvast, heel enthousiast en meelevend wordt gevraagd of ik weer zwanger ben (...). Papa en Joël nemen plaats in de stoel, mama probeert Levi in bedwang te houden die maar een ding wil: wegwezen. Hij heeft het (nog) niet zo op kappers...
Enfin, na een poosje verlaten we geknipt en geschoren onze stek en gaan we op zoek naar lunch. Op naar de volgende favoriet. Vietnamees. Een restaurant met een fijne speelplek voor de kinderen, een prima lunchkaart voor papa en mama en verse kokosnoten op het menu voor de kids. Voor elk wat wils. Kijk maar mee:
De volgende dag ben ik met Joël op pad en besluiten we samen naar de grote Aziatische supermarkt te gaan. Gek genoeg is dit voor zoonlief en mama een uitje. Hij zit in het winkelwagentje en samen gaan we op zoek naar lekkere producten. We kijken onze ogen uit bij de vissen, we benoemen de groenten, zoeken lekkere bamisoep en verbazen ons over de grote zakken rijst die te koop zijn. Op verzoek van Joël wijs ik aan welke rijst uit Thailand komt en welke rijst ergens anders vandaan komt. We kopen 'Thailand koekies' van oma Ooy, we zoeken Jòk (ontbijtsoep) maar kunnen het niet vinden. We ontdekken nieuwe lekkere kleefrijst en nemen 'mangotoetje' mee. Zoete rijst met een vulling van bonen en een mango sausje. Als Joël een andere mevrouw ziet vraagt hij weinig subtiel: 'Is dat een Chinees?' Snel begin ik een heel verhaal over landen in Azië. Gaat totaal langs hem heen. Hij spot nog een aziatische dame en is ervan overtuigd dat dat oma is. Tot zij zich omdraait. Helaas... Ik zoek de Thaise verpakkingen en probeer de leestekens te ontcijferen.
Ja, want over lezen gesproken... Eindelijk heb ik de stap gewaagd om me te verdiepen in het Thaise alfabet. Op de een of andere manier heb ik dat zo lang mogelijk voor me uit geschoven omdat het me een onmogelijke opgave lijkt... Nu ik de eerste vier tekens kan herkennen en schrijven ben ik in ieder geval blij op de goede weg te zijn. Eraan denken wat er nog meer moet volgen wil ik niet... Het is zo veel... maar ook zo handig om te kunnen.
Dus daarom; tanden op elkaar en doorbijten deze saaie kost. Het alfabet hangt op het keukenkastje en 's morgen lachen de jongens zich naar om de exotische klanken die ik aan het oefenen ben. Maar... het mist zijn uitwerking niet, want ook zij pikken weer wat woordjes mee... Tijdens het spelen hoor ik:
Yo- Yak 'Yak is een reus, Goliat is Yak'.
Bravo Joël!
Maar... over het leren van de taal gesproken. Natuulijk lukt dat het beste met een liedje. We oefenen daarom dagelijs het liedje van de oliefant, een liedje wat iedere Thai kent en mijn kindjes inmiddels bijna. Het verbaast me hoe snel Levi de klanken oppikt en mee doet. Oefen je mee?
Deze week deden we een dagje Azië in Den Haag. We prijzen ons gelukkig op loopafstand van China Town te wonen en zijn met regelmaat te vinden in allerlei winkeltjes en eethuisjes...
Eigenlijk wilde mama een rustig thuis- dagje houden en een en ander in kasten en wasmanden organiseren, maar (uiteraard) liep dit anders.
'Ik wil naar de kapper, ik heb meisjeshaar'. Joël. Hij kijkt bezorgd naar zijn voorhoofd en constateert dat zijn bruine haren gevaarlijk dicht bij zijn ogen komen. Hij klaagt hier al een poosje over, maar de maat is vandaag vol. En ja... hij heeft gelijk. Ik besluit mijn agenda aan de kant te schuiven en met mijn grote zoon naar de kapper te gaan. Onderweg pikken we papa en Levi op en samen lopen we naar de Chinese kapper. Onze vaste favoriete stek. Het is de kapper waar we inmiddels al jaren komen, een familiezaak. Het is een plek die, met een beetje geluk, naar rijst ruikt omdat de rijstkoker natuurlijk ook uit de kapsalon niet weg te denken is. Samen met een van de kapsters was ik tegelijkertijd zwanger, we kletsen honderd uit over de kids, het is de kapper die vaak net niet begrijpt wat ik met mijn haar wil, waardoor de knipbeurt altijd een extra verrassingseffect heeft en het is de kapsalon waar steenvast, heel enthousiast en meelevend wordt gevraagd of ik weer zwanger ben (...). Papa en Joël nemen plaats in de stoel, mama probeert Levi in bedwang te houden die maar een ding wil: wegwezen. Hij heeft het (nog) niet zo op kappers...
Enfin, na een poosje verlaten we geknipt en geschoren onze stek en gaan we op zoek naar lunch. Op naar de volgende favoriet. Vietnamees. Een restaurant met een fijne speelplek voor de kinderen, een prima lunchkaart voor papa en mama en verse kokosnoten op het menu voor de kids. Voor elk wat wils. Kijk maar mee:
De volgende dag ben ik met Joël op pad en besluiten we samen naar de grote Aziatische supermarkt te gaan. Gek genoeg is dit voor zoonlief en mama een uitje. Hij zit in het winkelwagentje en samen gaan we op zoek naar lekkere producten. We kijken onze ogen uit bij de vissen, we benoemen de groenten, zoeken lekkere bamisoep en verbazen ons over de grote zakken rijst die te koop zijn. Op verzoek van Joël wijs ik aan welke rijst uit Thailand komt en welke rijst ergens anders vandaan komt. We kopen 'Thailand koekies' van oma Ooy, we zoeken Jòk (ontbijtsoep) maar kunnen het niet vinden. We ontdekken nieuwe lekkere kleefrijst en nemen 'mangotoetje' mee. Zoete rijst met een vulling van bonen en een mango sausje. Als Joël een andere mevrouw ziet vraagt hij weinig subtiel: 'Is dat een Chinees?' Snel begin ik een heel verhaal over landen in Azië. Gaat totaal langs hem heen. Hij spot nog een aziatische dame en is ervan overtuigd dat dat oma is. Tot zij zich omdraait. Helaas... Ik zoek de Thaise verpakkingen en probeer de leestekens te ontcijferen.
Ja, want over lezen gesproken... Eindelijk heb ik de stap gewaagd om me te verdiepen in het Thaise alfabet. Op de een of andere manier heb ik dat zo lang mogelijk voor me uit geschoven omdat het me een onmogelijke opgave lijkt... Nu ik de eerste vier tekens kan herkennen en schrijven ben ik in ieder geval blij op de goede weg te zijn. Eraan denken wat er nog meer moet volgen wil ik niet... Het is zo veel... maar ook zo handig om te kunnen.
Dus daarom; tanden op elkaar en doorbijten deze saaie kost. Het alfabet hangt op het keukenkastje en 's morgen lachen de jongens zich naar om de exotische klanken die ik aan het oefenen ben. Maar... het mist zijn uitwerking niet, want ook zij pikken weer wat woordjes mee... Tijdens het spelen hoor ik:
Yo- Yak 'Yak is een reus, Goliat is Yak'.
Bravo Joël!
Maar... over het leren van de taal gesproken. Natuulijk lukt dat het beste met een liedje. We oefenen daarom dagelijs het liedje van de oliefant, een liedje wat iedere Thai kent en mijn kindjes inmiddels bijna. Het verbaast me hoe snel Levi de klanken oppikt en mee doet. Oefen je mee?
maandag 1 april 2019
Angst en quality time in de nacht.
Eindelijk is het zover... Ik heb me, geheel volgens plan, geïnstalleerd op de bank.
Boek: Check
Thee: Check
Grote gevulde koek: Check (!!)
Vandaag hebben wel alles zorgvuldig gepland en voorbereid. En wonder boven wonder, tot nu toe verloopt onze planning geheel vlekkeloos. De hele dag hebben we met z'n allen genoten van de prille zonnestralen die de lente ons gaf. We hebben met de jongens buiten gespeeld, tikkertje gedaan, we hebben buiten gegeten, we hebben veel gelopen en mama is getemd. Jongens ook. Met rode wangen en open monden liggen ze, lekker vroeg, in een diepe slaap.
Manlief ziet zijn kans en glipt door de voordeur naar buiten, op naar de 'vrijheid' en ik, ik gun mezelf een hele avond lezen en hoop nu eindelijk eens door die cliffhanger heen te komen die al dagen in mijn hoofd rondspookt.
De serene rust in huis duurt welgeteld 20 minuten. Verzonken in het verhaal, mezelf afvragend of Daniel die Julian nu nog een keer vinden zal, hoor ik het lawaai niet. Ik zie het gevaar niet aankomen en wordt ruw gewekt door een tweestemmig koor uit de slaapkamers.'Mamaaaaaaaaa!' Hart in m'n keel. Er moet iets vre-se-lijk mis zijn! Een pure paniek klinkt door de stemmen van mijn mannen heen. Ik snel naar de slaapkamers (ja, wie nou eerst?). Automatisch vlieg ik naar de kamer van de jongste, til hem op en haast me naar de kamer van de oudste...
Inmiddels ben ik erachter welk een drama zich afspeelde. Rakelings langs het slaapkamerraam gaat een ambulance met gillende sirene voorbij. Het blauwe licht verlicht de kamers, het lawaai gaat in de stilte van de avond door merg en been en mijn jongens werden ruw gewekt. Ik merk dat de paniek vooral bij Joël zit en dat Levi voornamelijk huilt omdat zijn broer dat ook doet.
Ik slik een heel naar woord in. (...). Daar gaat mijn avondje! Heel zwaar geïrriteerd begin ik aan mijn 'klus' de rust te herstellen.
Met gillende dreumes op mijn arm en schreeuwende peuter aan mijn been ben ik in de weer met beddengoed. Ervaring leert dat bij paniek maar een plek echt veilig is: het ‘grote’ bed. Wanneer we, omringd door een wirwar van kussens en dekens geïnstalleerd zijn zit ik daar met twee verdrietige hummeltjes. En wat ben ik gelukkig. Kleine Levi hangt over m'n schouder. Is alweer half in slaap. 'Grote' Joël hangt tegen me aan en klaagt zijn nood over hoe zwaar zijn leven wel niet is. En we kletsen. Ik weet dat dit de manier is om dit mannetje weer tot rust te brengen. We praten over bang zijn, we noemen alles op waar we bang voor kunnen zijn (hoewel, alles... we beperken ons maar tot dieven, krokodillen en sirenes) en we bedenken wat we kunnen doen als we bang zijn. Mijn boek ben ik vergeten. Een uur lang praten, zingen en bidden we. Ik ben dankbaar voor deze extra quality time met mijn grote zoon en val tegelijk met beide boys in een rustige slaap. Eerlijk is eerlijk; voor lezen was ik toch te moe.
Maar... over het algemeen mogen we niet klagen. De jongens maken goeie nachten en vallen doorgaans zeer op tijd in slaap.
Zo ook gisteren. Jongens in bed en mama een dagelijks rondje door het huis. Ik verbaas me altijd over het slagveld na een dag 'gewoon' geleefd te hebben. Speelgoed overal, etensresten, kleding, half opgebouwde lego projecten. Na het bed- ritueel staat en ligt alle troep als een soort stilleven te wachten. Maar nee, corrigeer ik mezelf. Het is geen troep. Het zijn de getuigen van een gezinsleven waarin we de sporen na laten. Ik ontdek de creativiteit van mijn grote zoon als ik de tijd neem zijn bouwwerken te inspecteren. Ik zie de pogingen van mijn kleine zoon om 'netjes' te eten als ik een tafel vol yoghurt resten zie. De natte kleding in de badkamer vertelt me dat de jongens enorm hun best doen om zindelijk te worden (bij Joël is dit trouwens al grotendeels gelukt, wat zijn we blij!).
Tijdens mijn dagelijkse rondje opruimen kom ik er ook achter dat er in het hele huis nog welgeteld twee luiers aanwezig zijn. Alle tassen worden doorzocht, onder bedden en achter kastjes wordt gekekeken, maar helaas. Op dit soort momenten verzucht ik dat het wellicht.
toch handig is om een en ander toch wat strakker te organiseren.
Gelukkig is het nog vroeg genoeg om naar de winkel te gaan en manlief bied zich, de 'vrijheid' ruikend, direct aan.
De deur valt net dicht en ja hoor, daar hebben we Joël.
Wakker. Kan niet meer slapen. Onzin, vind ik. Liggen, ogen dicht en dromen. 'Droom van de trein', het is bijna een commando van mijn kant. Lukt (natuurlijk) niet. Wakker. ‘Ik heb het warm. Nee toch koud. Ik wil een andere deken. Ik wil drinken. Ik wil papa, waar is papa, waarom is papa er niet. Ik wil niet bij jou. Mama waar ben je nou, ik wil bij jou’. Peuter weet me behoorlijk te 'entertainen' vanavond.
Inmiddels is het al erg laat geworden en ik vraag me ook wel een beetje af waar manlief blijft. Maar dan krijg ik een appje: *pling*- Heb je nog honger?
*pling* ik sta bij de chinees- * pling* - wil je dat lekkere gerecht van vorige keer?.
Nee, ik heb geen honger. Heb net lopen snaaien in de keuken en ik ben heel erg vol van twee tosti's, een bak yoghurt, wat koekjes en een komkommer.
In plaats daarvan is mijn antwoord: 'Chinees? Ja hoor, lekker...'
Zoonlief doet intussen echt zijn best om in slaap te vallen en het lijkt net rustig te worden tot de deur open gaat en papa met tassen vol de huiskamer binnen stapt. Als door een wesp gestoken veert peuter op uit bed. 'Papa!' Hij weet dat papa nooit met lege handen thuis komt dus zijn eerste vraag is: 'wat heb je meengenomen?'
Papa stalt de bakjes uit op tafel. En dan... Voor ik het weet zit zoonlief samen met zijn vader aan en zelfs op de tafel. Wat is dat kind blij! Hij eet, en hij eet en hij eet. Ik verbaas me werkelijk over alles wat in dat kleine lijf verdwijnt. Spek, eend, vis, bami, rijst, groenten... Zolang het uit Azië komt vind hij het lekker. Waar ik al lang gestopt ben met eten gaat hij nog een ronde door.
Inmiddels ben ik moe en langzaam trek ik me terug. De mannen 'feesten' nog even door. Ik zie een gezamelijke hobby, ik zie een vader en een zoon die meer op elkaar lijken dan ik me ooit realiseerde en het kan me niks schelen dat het al lang kinderbedtijd is en dat Joel met zijn handjes eet en dat hij op de tafel zit en eigenlijk elke 'regel' met voeten treed. Ik zie een papa en een zoon die elkaar begrijpen en genieten van het eten en elkaar. Gerust en met een gevulde maag zoek ik mijn bed. Het is goed zo. Weltrusten! Zie jullie morgen mannen!
En vannacht...? Ben benieuwd. Slapen misschien..?
Eindelijk is het zover... Ik heb me, geheel volgens plan, geïnstalleerd op de bank.
Boek: Check
Thee: Check
Grote gevulde koek: Check (!!)
Vandaag hebben wel alles zorgvuldig gepland en voorbereid. En wonder boven wonder, tot nu toe verloopt onze planning geheel vlekkeloos. De hele dag hebben we met z'n allen genoten van de prille zonnestralen die de lente ons gaf. We hebben met de jongens buiten gespeeld, tikkertje gedaan, we hebben buiten gegeten, we hebben veel gelopen en mama is getemd. Jongens ook. Met rode wangen en open monden liggen ze, lekker vroeg, in een diepe slaap.
Manlief ziet zijn kans en glipt door de voordeur naar buiten, op naar de 'vrijheid' en ik, ik gun mezelf een hele avond lezen en hoop nu eindelijk eens door die cliffhanger heen te komen die al dagen in mijn hoofd rondspookt.
De serene rust in huis duurt welgeteld 20 minuten. Verzonken in het verhaal, mezelf afvragend of Daniel die Julian nu nog een keer vinden zal, hoor ik het lawaai niet. Ik zie het gevaar niet aankomen en wordt ruw gewekt door een tweestemmig koor uit de slaapkamers.'Mamaaaaaaaaa!' Hart in m'n keel. Er moet iets vre-se-lijk mis zijn! Een pure paniek klinkt door de stemmen van mijn mannen heen. Ik snel naar de slaapkamers (ja, wie nou eerst?). Automatisch vlieg ik naar de kamer van de jongste, til hem op en haast me naar de kamer van de oudste...
Inmiddels ben ik erachter welk een drama zich afspeelde. Rakelings langs het slaapkamerraam gaat een ambulance met gillende sirene voorbij. Het blauwe licht verlicht de kamers, het lawaai gaat in de stilte van de avond door merg en been en mijn jongens werden ruw gewekt. Ik merk dat de paniek vooral bij Joël zit en dat Levi voornamelijk huilt omdat zijn broer dat ook doet.
Ik slik een heel naar woord in. (...). Daar gaat mijn avondje! Heel zwaar geïrriteerd begin ik aan mijn 'klus' de rust te herstellen.
Met gillende dreumes op mijn arm en schreeuwende peuter aan mijn been ben ik in de weer met beddengoed. Ervaring leert dat bij paniek maar een plek echt veilig is: het ‘grote’ bed. Wanneer we, omringd door een wirwar van kussens en dekens geïnstalleerd zijn zit ik daar met twee verdrietige hummeltjes. En wat ben ik gelukkig. Kleine Levi hangt over m'n schouder. Is alweer half in slaap. 'Grote' Joël hangt tegen me aan en klaagt zijn nood over hoe zwaar zijn leven wel niet is. En we kletsen. Ik weet dat dit de manier is om dit mannetje weer tot rust te brengen. We praten over bang zijn, we noemen alles op waar we bang voor kunnen zijn (hoewel, alles... we beperken ons maar tot dieven, krokodillen en sirenes) en we bedenken wat we kunnen doen als we bang zijn. Mijn boek ben ik vergeten. Een uur lang praten, zingen en bidden we. Ik ben dankbaar voor deze extra quality time met mijn grote zoon en val tegelijk met beide boys in een rustige slaap. Eerlijk is eerlijk; voor lezen was ik toch te moe.
Maar... over het algemeen mogen we niet klagen. De jongens maken goeie nachten en vallen doorgaans zeer op tijd in slaap.
Zo ook gisteren. Jongens in bed en mama een dagelijks rondje door het huis. Ik verbaas me altijd over het slagveld na een dag 'gewoon' geleefd te hebben. Speelgoed overal, etensresten, kleding, half opgebouwde lego projecten. Na het bed- ritueel staat en ligt alle troep als een soort stilleven te wachten. Maar nee, corrigeer ik mezelf. Het is geen troep. Het zijn de getuigen van een gezinsleven waarin we de sporen na laten. Ik ontdek de creativiteit van mijn grote zoon als ik de tijd neem zijn bouwwerken te inspecteren. Ik zie de pogingen van mijn kleine zoon om 'netjes' te eten als ik een tafel vol yoghurt resten zie. De natte kleding in de badkamer vertelt me dat de jongens enorm hun best doen om zindelijk te worden (bij Joël is dit trouwens al grotendeels gelukt, wat zijn we blij!).
Tijdens mijn dagelijkse rondje opruimen kom ik er ook achter dat er in het hele huis nog welgeteld twee luiers aanwezig zijn. Alle tassen worden doorzocht, onder bedden en achter kastjes wordt gekekeken, maar helaas. Op dit soort momenten verzucht ik dat het wellicht.
toch handig is om een en ander toch wat strakker te organiseren.
Gelukkig is het nog vroeg genoeg om naar de winkel te gaan en manlief bied zich, de 'vrijheid' ruikend, direct aan.
De deur valt net dicht en ja hoor, daar hebben we Joël.
Wakker. Kan niet meer slapen. Onzin, vind ik. Liggen, ogen dicht en dromen. 'Droom van de trein', het is bijna een commando van mijn kant. Lukt (natuurlijk) niet. Wakker. ‘Ik heb het warm. Nee toch koud. Ik wil een andere deken. Ik wil drinken. Ik wil papa, waar is papa, waarom is papa er niet. Ik wil niet bij jou. Mama waar ben je nou, ik wil bij jou’. Peuter weet me behoorlijk te 'entertainen' vanavond.
Inmiddels is het al erg laat geworden en ik vraag me ook wel een beetje af waar manlief blijft. Maar dan krijg ik een appje: *pling*- Heb je nog honger?
*pling* ik sta bij de chinees- * pling* - wil je dat lekkere gerecht van vorige keer?.
Nee, ik heb geen honger. Heb net lopen snaaien in de keuken en ik ben heel erg vol van twee tosti's, een bak yoghurt, wat koekjes en een komkommer.
In plaats daarvan is mijn antwoord: 'Chinees? Ja hoor, lekker...'
Zoonlief doet intussen echt zijn best om in slaap te vallen en het lijkt net rustig te worden tot de deur open gaat en papa met tassen vol de huiskamer binnen stapt. Als door een wesp gestoken veert peuter op uit bed. 'Papa!' Hij weet dat papa nooit met lege handen thuis komt dus zijn eerste vraag is: 'wat heb je meengenomen?'
Papa stalt de bakjes uit op tafel. En dan... Voor ik het weet zit zoonlief samen met zijn vader aan en zelfs op de tafel. Wat is dat kind blij! Hij eet, en hij eet en hij eet. Ik verbaas me werkelijk over alles wat in dat kleine lijf verdwijnt. Spek, eend, vis, bami, rijst, groenten... Zolang het uit Azië komt vind hij het lekker. Waar ik al lang gestopt ben met eten gaat hij nog een ronde door.
Inmiddels ben ik moe en langzaam trek ik me terug. De mannen 'feesten' nog even door. Ik zie een gezamelijke hobby, ik zie een vader en een zoon die meer op elkaar lijken dan ik me ooit realiseerde en het kan me niks schelen dat het al lang kinderbedtijd is en dat Joel met zijn handjes eet en dat hij op de tafel zit en eigenlijk elke 'regel' met voeten treed. Ik zie een papa en een zoon die elkaar begrijpen en genieten van het eten en elkaar. Gerust en met een gevulde maag zoek ik mijn bed. Het is goed zo. Weltrusten! Zie jullie morgen mannen!
En vannacht...? Ben benieuwd. Slapen misschien..?
maandag 25 maart 2019
Verkiezingskoorts...
Verkiezingen. Een hot topic de afgelopen week.
Op woensdag 20 maart stond ik zelf met Levi in het stemhokje (vooruit, hij mocht mee naar binnen omdat men terecht inschatte dat hij nog niet kon lezen). Stemmen blijft wel 'iets' hebben, vind ik. Los van 'zware' termen als 'burgerplicht, kiesrecht en democratie' vind ik het ook leuk om gewoon weer eens een buurthuis in te stappen. Er heerst een bepaald sfeertje wat ik niet kan omschrijven. Nog steeds verbaas ik me over de omslachtigheid van enorme vellen papier (kan dat niet op tabloid formaat), het ouderwetse rode potlood (wat Joël vorige keer mee wilde nemen als kleurpotlood en reden voor drama was) en hecht aan het gevoel wanneer mijn stembiljet in de grote, daarvoor bestemde kliko verdwijnt... (toch een stille hint?)
Eerlijk is eerlijk; ik heb niet echt de illusie dat mijn stem heel direct 'het verschil' maakt, zoals sommige optimistische propagandafolders me graag doen geloven.
Het is meer een gevoel van 'doen wat je kan' zonder er daadwerkelijk heel erg in te geloven. Wanneer ik zie welk een politieke aardverschuiving we afgelopen week hebben gehad kan ik niet veel meer dan bedenken dat ik inderdaad gedaan heb wat ik kon. Ook al baatte het niet veel dit keer...
Afgelopen zondag 24 maart stond onze Thaise familie (nadat de verkiezingen 5x zijn uitgesteld) in het stemhokje. De verkiezingen in Thailand volg ik op dit moment met iets meer interesse. Het is nieuw en ingewikkeld voor me, maar intrigerend.
Alleen de cijfers doen me al duizelen. Van de 69,04 miljoen Thai hebben 51 miljoen mensen hun stem uitgebracht. Wat een aantallen. 7,5 miljoen jongeren van 18+ mochten dit jaar voor het eerst naar de stembus. Monniken, gedetineerden en mensen met een psychische stoornis hebben geen stemrecht. In Thailand is een opkomstplicht van kracht en over het algemeen neemt men de oproep om te stemmen om (verschillende redenen) dan ook zeer serieus.
Zo serieus zelfs dat een Thaise arts op zijn Facebookpagina meldde dat het ziekenhuis op donderdag nog vol met patiënten lag en dat deze hem massaal verzochten infusen te verwijderen zodat zij zondag, ziek of niet, hun stem uit konden brengen. Het ziekenhuis was zondag nagenoeg leeg...
Maar, er valt dan ook wel wat te kiezen... Waar we in Nederland soms moeite hebben met het vinden van de politieke 'kleur' van onze keuze, mag men in Thailand kiezen uit 77 deelnemende partijen.
Voor de campagne van deze partijen gelden strenge (voor deze verkiezingen door de regerende junta aangepaste) regels. Zo is er een vooraf vastgesteld budget beschikbaar, zijn er haast draconische regels voor het campagne voeren op soical media, mag je geen afbeeldingen van niet- politieke figuren in de campagne gebruiken en mogen affiches in beperkte mate worden geplaatst. Een ouderwets en beproefde manier van campagne voeren is dan ook met geluidswagens rond rijden. De weken voor de verkiezingen vulden de straten zich met pick-up trucks met verkiezingsposters en werd de bevolking met megafoons opgeroepen de juiste keuze te maken.
De oproep vooral je stem te laten horen werd ook door de huidige koning Maha Vajiralongkorn (oftewel Rama X) ondersteund. In een oude, opnieuw uitgezonden rede van zijn vader, Koning Bhumibol (oftewel Rama IX) roept de koning op om de macht van de 'slechte mensen' in te perken.
In die toespraak zegt wijlen koning Bhumibol:
“Onthoudt alstublieft één belangrijk ding, in alle overheidsdiensten zullen zowel goede als slechte mensen werkzaam zijn. Niemand kan alle mensen goed maken. Om de vrede en orde in het land te handhaven, moeten we, hoewel we niet alle mensen goed kunnen maken, de goede mensen ondersteunen. We moeten goede mensen het land laten besturen en ervoor zorgen, dat slechte mensen niet de macht krijgen om moeilijkheden en onrust te veroorzaken
De indeling van 'goede' en 'slechte'' mensen is gestoeld op het Bhoeddisme en zijn voor de Thai vertrouwde en begrijpelijke begrippen.
In de avond voorafgaand aan de verkiezingen wordt vanaf 18:00 geen alcohol meer verkocht. Dit verbod is van kracht tot de volgende dag 18:00 uur.
Heb je eenmaal je politieke keuze gemaakt, dan mag je je melden bij het stembureau in jouw district. Net als bij ons in Nederland neem je een identiteitsbewijs mee. Heb je geen identiteitskaart of is hij verlopen? Geen probleem! Zolang je een document kan overhandigen waar jouw identiteitsnummer op staat ben je welkom.
En dan de verkiezingen. Hier is veel over te zeggen. Het leger, wat in 2014 al nieuwe verkiezingen beloofde, de afgezette premier Taksin die sinds 2006 in een semi- zelf verkozen ballingschap woont, de strijd tussen roodhemden (pro- Taksin) en zijn tegenstanders, de geelhemden. Tijdens de hele aanloop naar de verkiezingen is deze strijd, hetzij in verdekte vorm, verder gevoerd. Hoewel Taksin niet meer in Thailand woont en zijn (politieke) macht door de junta sterk ingeperkt is, weet hij nog steeds zijn politieke invloed in het land te handhaven.
Overigens is toeristen nadrukkelijk aangeraden om tijdens de periode voor de verkiezingen geen opvallend rood of geel te dragen, vooral niet in de buurt van Bangkok.
Spannend werd het politieke spel toen de zus van de huidige koning zich op het politieke speelveld begaf en zich kandidaat stelde (voor een pro- Taksin partij). Een uiterst ongewone stap voor een lid van de koninklijke familie, die geen politieke bemoeienis heeft. Haar kandidatuur is snel 'getackeld' en de partij die haar op de kieslijst had is per direct verboden.
Oké, ik raak op stoom maar zal je verdere details besparen.
Hoewel de verkiezingen in Thailand een belangrijk onderdeel voor de prille democratie zijn, is de uitslag vooraf al grotendeels te voorspellen. De huidige legerleider heeft tijdens zijn regeringsperiode de grondwet dusdanig gewijzigd dat hij hiermee zijn politieke positie nagenoeg veilig heeft gesteld, ongeacht de uitslag van de verkiezingen.
Voor de lage inkomensklasse is dit niet direct gunstig. Tijdens de periode waarin het leger de macht heeft, is de inkomensongelijkheid toegenomen. In 2016 was 58,8 % van de rijkdom in het bezit van 1% van de bevolking. In 2018 was dit al 66,9%. Op nationaal niveau zien we dat de schulden per huishouden toenemen, de werkloosheid stijgt en het leven is in zijn totaliteit duurder geworden. Hierover gaan met regelmaat de gesprekken die we voeren met schoon familie en andere (blanke) inwoners van Thailand.
Hmmmm... ik ga denken... is dit wel een gunstige tijd om ons vertrek te plannen?
Ach... ik weet het niet. Terugkijkend op de afgelopen week waarin zich een aanslag vanuit rechtse hoek in een moskee voltrok, waarin we in Utrecht opgeschrikt werden door grof geweld en waarin een grote groep Nederlanders een duidelijk politiek signaal gaf concludeer ik wat zwartgallig dat de wereld er in zijn algemeen niet heel veel gezelliger op lijkt te worden.
En ach, ik stemde dus ik 'deed wat ik kon'. Ik leef mijn mini leven weer verder en verheug me op een simpele toekomst met voldoende zon, vitamine D, eenvoudig lekker eten en minder stress.
Ja, met heel veel liefde steek ik mijn naïeve kop (weer terug) in het zand en voel me zoveel gelukkiger!
Verkiezingen. Een hot topic de afgelopen week.
Op woensdag 20 maart stond ik zelf met Levi in het stemhokje (vooruit, hij mocht mee naar binnen omdat men terecht inschatte dat hij nog niet kon lezen). Stemmen blijft wel 'iets' hebben, vind ik. Los van 'zware' termen als 'burgerplicht, kiesrecht en democratie' vind ik het ook leuk om gewoon weer eens een buurthuis in te stappen. Er heerst een bepaald sfeertje wat ik niet kan omschrijven. Nog steeds verbaas ik me over de omslachtigheid van enorme vellen papier (kan dat niet op tabloid formaat), het ouderwetse rode potlood (wat Joël vorige keer mee wilde nemen als kleurpotlood en reden voor drama was) en hecht aan het gevoel wanneer mijn stembiljet in de grote, daarvoor bestemde kliko verdwijnt... (toch een stille hint?)
Eerlijk is eerlijk; ik heb niet echt de illusie dat mijn stem heel direct 'het verschil' maakt, zoals sommige optimistische propagandafolders me graag doen geloven.
Het is meer een gevoel van 'doen wat je kan' zonder er daadwerkelijk heel erg in te geloven. Wanneer ik zie welk een politieke aardverschuiving we afgelopen week hebben gehad kan ik niet veel meer dan bedenken dat ik inderdaad gedaan heb wat ik kon. Ook al baatte het niet veel dit keer...
Afgelopen zondag 24 maart stond onze Thaise familie (nadat de verkiezingen 5x zijn uitgesteld) in het stemhokje. De verkiezingen in Thailand volg ik op dit moment met iets meer interesse. Het is nieuw en ingewikkeld voor me, maar intrigerend.
Alleen de cijfers doen me al duizelen. Van de 69,04 miljoen Thai hebben 51 miljoen mensen hun stem uitgebracht. Wat een aantallen. 7,5 miljoen jongeren van 18+ mochten dit jaar voor het eerst naar de stembus. Monniken, gedetineerden en mensen met een psychische stoornis hebben geen stemrecht. In Thailand is een opkomstplicht van kracht en over het algemeen neemt men de oproep om te stemmen om (verschillende redenen) dan ook zeer serieus.
Zo serieus zelfs dat een Thaise arts op zijn Facebookpagina meldde dat het ziekenhuis op donderdag nog vol met patiënten lag en dat deze hem massaal verzochten infusen te verwijderen zodat zij zondag, ziek of niet, hun stem uit konden brengen. Het ziekenhuis was zondag nagenoeg leeg...
Maar, er valt dan ook wel wat te kiezen... Waar we in Nederland soms moeite hebben met het vinden van de politieke 'kleur' van onze keuze, mag men in Thailand kiezen uit 77 deelnemende partijen.
Voor de campagne van deze partijen gelden strenge (voor deze verkiezingen door de regerende junta aangepaste) regels. Zo is er een vooraf vastgesteld budget beschikbaar, zijn er haast draconische regels voor het campagne voeren op soical media, mag je geen afbeeldingen van niet- politieke figuren in de campagne gebruiken en mogen affiches in beperkte mate worden geplaatst. Een ouderwets en beproefde manier van campagne voeren is dan ook met geluidswagens rond rijden. De weken voor de verkiezingen vulden de straten zich met pick-up trucks met verkiezingsposters en werd de bevolking met megafoons opgeroepen de juiste keuze te maken.
De oproep vooral je stem te laten horen werd ook door de huidige koning Maha Vajiralongkorn (oftewel Rama X) ondersteund. In een oude, opnieuw uitgezonden rede van zijn vader, Koning Bhumibol (oftewel Rama IX) roept de koning op om de macht van de 'slechte mensen' in te perken.
In die toespraak zegt wijlen koning Bhumibol:
“Onthoudt alstublieft één belangrijk ding, in alle overheidsdiensten zullen zowel goede als slechte mensen werkzaam zijn. Niemand kan alle mensen goed maken. Om de vrede en orde in het land te handhaven, moeten we, hoewel we niet alle mensen goed kunnen maken, de goede mensen ondersteunen. We moeten goede mensen het land laten besturen en ervoor zorgen, dat slechte mensen niet de macht krijgen om moeilijkheden en onrust te veroorzaken
De indeling van 'goede' en 'slechte'' mensen is gestoeld op het Bhoeddisme en zijn voor de Thai vertrouwde en begrijpelijke begrippen.
In de avond voorafgaand aan de verkiezingen wordt vanaf 18:00 geen alcohol meer verkocht. Dit verbod is van kracht tot de volgende dag 18:00 uur.
Heb je eenmaal je politieke keuze gemaakt, dan mag je je melden bij het stembureau in jouw district. Net als bij ons in Nederland neem je een identiteitsbewijs mee. Heb je geen identiteitskaart of is hij verlopen? Geen probleem! Zolang je een document kan overhandigen waar jouw identiteitsnummer op staat ben je welkom.
En dan de verkiezingen. Hier is veel over te zeggen. Het leger, wat in 2014 al nieuwe verkiezingen beloofde, de afgezette premier Taksin die sinds 2006 in een semi- zelf verkozen ballingschap woont, de strijd tussen roodhemden (pro- Taksin) en zijn tegenstanders, de geelhemden. Tijdens de hele aanloop naar de verkiezingen is deze strijd, hetzij in verdekte vorm, verder gevoerd. Hoewel Taksin niet meer in Thailand woont en zijn (politieke) macht door de junta sterk ingeperkt is, weet hij nog steeds zijn politieke invloed in het land te handhaven.
Overigens is toeristen nadrukkelijk aangeraden om tijdens de periode voor de verkiezingen geen opvallend rood of geel te dragen, vooral niet in de buurt van Bangkok.
Spannend werd het politieke spel toen de zus van de huidige koning zich op het politieke speelveld begaf en zich kandidaat stelde (voor een pro- Taksin partij). Een uiterst ongewone stap voor een lid van de koninklijke familie, die geen politieke bemoeienis heeft. Haar kandidatuur is snel 'getackeld' en de partij die haar op de kieslijst had is per direct verboden.
Oké, ik raak op stoom maar zal je verdere details besparen.
Hoewel de verkiezingen in Thailand een belangrijk onderdeel voor de prille democratie zijn, is de uitslag vooraf al grotendeels te voorspellen. De huidige legerleider heeft tijdens zijn regeringsperiode de grondwet dusdanig gewijzigd dat hij hiermee zijn politieke positie nagenoeg veilig heeft gesteld, ongeacht de uitslag van de verkiezingen.
Voor de lage inkomensklasse is dit niet direct gunstig. Tijdens de periode waarin het leger de macht heeft, is de inkomensongelijkheid toegenomen. In 2016 was 58,8 % van de rijkdom in het bezit van 1% van de bevolking. In 2018 was dit al 66,9%. Op nationaal niveau zien we dat de schulden per huishouden toenemen, de werkloosheid stijgt en het leven is in zijn totaliteit duurder geworden. Hierover gaan met regelmaat de gesprekken die we voeren met schoon familie en andere (blanke) inwoners van Thailand.
Hmmmm... ik ga denken... is dit wel een gunstige tijd om ons vertrek te plannen?
Ach... ik weet het niet. Terugkijkend op de afgelopen week waarin zich een aanslag vanuit rechtse hoek in een moskee voltrok, waarin we in Utrecht opgeschrikt werden door grof geweld en waarin een grote groep Nederlanders een duidelijk politiek signaal gaf concludeer ik wat zwartgallig dat de wereld er in zijn algemeen niet heel veel gezelliger op lijkt te worden.
En ach, ik stemde dus ik 'deed wat ik kon'. Ik leef mijn mini leven weer verder en verheug me op een simpele toekomst met voldoende zon, vitamine D, eenvoudig lekker eten en minder stress.
Ja, met heel veel liefde steek ik mijn naïeve kop (weer terug) in het zand en voel me zoveel gelukkiger!
Geraadpleegde bronnen:
Thailandblog.nl
NOS.nl
Trouw.nl
Trefpuntazie.com
NRC.nl
zaterdag 23 maart 2019
Pannenkoeken en slijm...
Afgelopen week was het ‘nationale pannenkoekendag’. En dat moeten we in ere houden! Helaas kwam ik er te laat achter en hebben wij op nationale pannenkoekendag met een bakje pasta gezeten. Was ook prima. Bovendien had ik me voorgenomen om voorlopig geen pannenkoeken meer te bakken, gezien het ‘gedoe’ de laatste keer, want...
Ik bakte dus die pannenkoeken. Althans...Ik poetste en kleedde Joël, ruimde de woon- en slaapkamer op, deed in de keuken en spelletje 'proeven en raden' met m’n grote zoon, maakte aantekeningen voor een nieuwe blog, stopte de kleding in de wasmand, bekeek een gemist tv- programma en oja.. bakte ondertussen dus die pannenkoeken. Hectisch als altijd rende ik van activiteit naar keuken en van keuken naar activiteit. Na verloop van tijd ontwikkelde zich een perfect gevoel voor timing en wist ik precies wanneer er een nieuwe lepel beslag in de pan kon en wanneer een en ander nog net niet aan het verbranden was. Eerlijk gezegd voel ik me wel prima bij mijn eigen georganiseerde chaos. Ik maak mezelf wijs de controle en het overzicht over alle activiteiten te hebben en voel me productief. Kortom; een uurtje mulititasken 2.0. Totdat...
'Mama mag ik een pannenkoek?' 'Ja hoor Joël, pak je bord maar uit de woonkamer, hij staat nog op de tafel'. 'Nee'. 'Wat?!'. Vuur uit mijn ogen, stoom uit mijn oren. Ik, arme ik, sta hier de hele ochtend te sloven, te werken en te klooien en meneer is nog te beroerd om een bordje uit de kamer te pakken? Ineens slaat er een stop door en begin ik een tirade over hoe oneerlijk dat allemaal wel niet is. Ik zie niet meer dat ik tegen een peuter van 3 praat, kan me niet inleven in zijn 'nee' en vind het ineens 'niet meer leuk'. Eigenlijk net als hij...
Gelaten laat peuter de tirade over zich heen komen. Ogenschijnlijk onbewogen. Is hij inmiddels wel een en ander van mama gewend?
'Mama moet een kopje koffie drinken'. Het is zijn enige commentaar. Rustig draait hij zich om en stapt waardig de keuken uit. Spijker op z'n kop.
'Hij heeft gelijk' denk ik beschaamd. Ben helemaal vergeten mijn dagelijkse portie caffeïne tot me te nemen en heb zwaar last van afkickverschijnselen die ik onbeschaamd afreageer op peuter.
Gedwee doe ik doe ik wat me opgedragen wordt. Voel me getemd. Een kopje koffie... Maar eigenlijk ben ik apetrots op dit kind. Gewoon, gewoon omdat hij... Nou ja, uiteindelijk omdat hij mijn manneke is eigenlijk.
Terwijl de koffie loopt, ben ik druk doende de aller-aller-allerlekkerste pannekoek voor mijn kleine held te maken. En dat bord... nou vooruit, dat pak ik ook zelf wel.
Op advies van mijn kleine man schakel ik terug naar de eerste versnelling en wacht geduldig tot de laatste restjes beslag zijn weg gewerkt. En ondertussen doen we helemaal niks. Dat zogenaamde multitasken is toch ook eigenlijk niks voor mij...
Een paar dagen later ben ik op een regenachtige middag weer met de kinderen thuis. Inmiddels zijn we beland in een fase waarin ik een 'plan A en plan B' moet hebben. Gaan we naar buiten? Wat gaan we doen? Blijven we binnen? Wat gaan we dan doen? We hebben ondertussen een heuse lijst met allerlei spelletjes en activiteiten zodat, op het moment dat creativiteit ons in de steek laat, er toch nog iets aan te bieden valt. Meestal gaan de dagen 'vanzelf' en worden we wel geleefd, maar op die dooie momenten...
Lang leve internet! Het is me opgevallen dat iedere rechtgeaarde mama haar kinderen 'slijm' laat maken. Talloze filmpjes van dreumussen, mama's, maar ook tieners glijden aan me voorbij. Ik swipe van recept naar recept, ondertussen niet begrijpend waarom mama's aan een dergelijke exercitie zouden beginnen. Bah! Slijm maken! Ik vind het onnodig, ik vind het vies en ik vind het gewoon een hoop geklieder voor niks.
Enfin, regenachtige dag. Papa weg. Kinderen vervelen zich. En voor ik het weet ben ik in de weer met lijm, scheerschuim en lenzenvloeistof.
Ik plant de jongens op de grond in de keuken, pak een bak en promoveer Joël tot 'assistent'. Een rol die hij heel serieus neemt. Inmiddels ken ik het recept uit mijn hoofd en geobserveerd door twee paar ogen beginnen we. Vrijwel direct heb ik al spijt. Het plakt, ellenlange draden slijmerige smurrie over de vloer. Alle goede begin start natuurlijk met voorbereiding. Daar kom ik achter als ik tot in mijn ellebogen onder de witte smurrie zit. Geen doekje in de buurt, geen schort voor gedaan, hoe moet ik nou met vieze handen die lenzenvloeistof pakken? Gelukkig kan ik rekenen op alle support van mijn persoonlijk assistent die druk voor mama doende is.
Maar, naar mate we meer en meer met de lenzenvloeistof aan de slag gaan, ontstaat er toch een soort slijmerig geheel wat niet meer plakt. Gretig kneed Joël met zijn vingers door het witte goedje. Hij is heel er van het 'voelen' en kan zich letterlijk uren vermaken met fluffy, slijmerige speelgoedjes, voel- dingen en nu dus ook slijm. Met de minuut dat het slijm meer en meer 'vorm' krijgt zie ik hem gelukkiger worden.
Natuurlijk drentelt Levi ook rond in de keuken en vragen we hem of hij ook slijm wil voelen. Met een vies gezicht zegt hij kortdaat 'nee'. Ook na meerdere pogingen is hij niet te verleiden. Veel te vies. Wel is hij druk in de weer met de lenzenvloestof die druppelsgewijs over de keukenvloer uitgestort wordt.
Als alles en iedereen na een uurtje weer gepoetst is en de helft van het gemaakte 'slijm' al door de gootsteen is gespoeld begrijp ik weer waarom ik dit ook alweer deed. Vanmiddag heb ik de gelukkigste peuter op aarde. Hij is de hele middag aan de tafel in de weer met 'slijm'. We moeten oma bellen om het slijm te laten zien, we moeten het in een speciaal zakje bewaren en naast zijn bed leggen. Zelfs wanneer hij 's nachts half wakker wordt vraagt hij om zijn 'slijm'.
En eindelijk... nu begrijp ik waarom al die 'youtube-mama's' zich laten verleiden tot het maken van slijm. Succes verzekerd! Laat die regen maar komen! Hoewel...☀️
Afgelopen week was het ‘nationale pannenkoekendag’. En dat moeten we in ere houden! Helaas kwam ik er te laat achter en hebben wij op nationale pannenkoekendag met een bakje pasta gezeten. Was ook prima. Bovendien had ik me voorgenomen om voorlopig geen pannenkoeken meer te bakken, gezien het ‘gedoe’ de laatste keer, want...
Ik bakte dus die pannenkoeken. Althans...Ik poetste en kleedde Joël, ruimde de woon- en slaapkamer op, deed in de keuken en spelletje 'proeven en raden' met m’n grote zoon, maakte aantekeningen voor een nieuwe blog, stopte de kleding in de wasmand, bekeek een gemist tv- programma en oja.. bakte ondertussen dus die pannenkoeken. Hectisch als altijd rende ik van activiteit naar keuken en van keuken naar activiteit. Na verloop van tijd ontwikkelde zich een perfect gevoel voor timing en wist ik precies wanneer er een nieuwe lepel beslag in de pan kon en wanneer een en ander nog net niet aan het verbranden was. Eerlijk gezegd voel ik me wel prima bij mijn eigen georganiseerde chaos. Ik maak mezelf wijs de controle en het overzicht over alle activiteiten te hebben en voel me productief. Kortom; een uurtje mulititasken 2.0. Totdat...
'Mama mag ik een pannenkoek?' 'Ja hoor Joël, pak je bord maar uit de woonkamer, hij staat nog op de tafel'. 'Nee'. 'Wat?!'. Vuur uit mijn ogen, stoom uit mijn oren. Ik, arme ik, sta hier de hele ochtend te sloven, te werken en te klooien en meneer is nog te beroerd om een bordje uit de kamer te pakken? Ineens slaat er een stop door en begin ik een tirade over hoe oneerlijk dat allemaal wel niet is. Ik zie niet meer dat ik tegen een peuter van 3 praat, kan me niet inleven in zijn 'nee' en vind het ineens 'niet meer leuk'. Eigenlijk net als hij...
Gelaten laat peuter de tirade over zich heen komen. Ogenschijnlijk onbewogen. Is hij inmiddels wel een en ander van mama gewend?
'Mama moet een kopje koffie drinken'. Het is zijn enige commentaar. Rustig draait hij zich om en stapt waardig de keuken uit. Spijker op z'n kop.
'Hij heeft gelijk' denk ik beschaamd. Ben helemaal vergeten mijn dagelijkse portie caffeïne tot me te nemen en heb zwaar last van afkickverschijnselen die ik onbeschaamd afreageer op peuter.
Gedwee doe ik doe ik wat me opgedragen wordt. Voel me getemd. Een kopje koffie... Maar eigenlijk ben ik apetrots op dit kind. Gewoon, gewoon omdat hij... Nou ja, uiteindelijk omdat hij mijn manneke is eigenlijk.
Terwijl de koffie loopt, ben ik druk doende de aller-aller-allerlekkerste pannekoek voor mijn kleine held te maken. En dat bord... nou vooruit, dat pak ik ook zelf wel.
Op advies van mijn kleine man schakel ik terug naar de eerste versnelling en wacht geduldig tot de laatste restjes beslag zijn weg gewerkt. En ondertussen doen we helemaal niks. Dat zogenaamde multitasken is toch ook eigenlijk niks voor mij...
Een paar dagen later ben ik op een regenachtige middag weer met de kinderen thuis. Inmiddels zijn we beland in een fase waarin ik een 'plan A en plan B' moet hebben. Gaan we naar buiten? Wat gaan we doen? Blijven we binnen? Wat gaan we dan doen? We hebben ondertussen een heuse lijst met allerlei spelletjes en activiteiten zodat, op het moment dat creativiteit ons in de steek laat, er toch nog iets aan te bieden valt. Meestal gaan de dagen 'vanzelf' en worden we wel geleefd, maar op die dooie momenten...
Lang leve internet! Het is me opgevallen dat iedere rechtgeaarde mama haar kinderen 'slijm' laat maken. Talloze filmpjes van dreumussen, mama's, maar ook tieners glijden aan me voorbij. Ik swipe van recept naar recept, ondertussen niet begrijpend waarom mama's aan een dergelijke exercitie zouden beginnen. Bah! Slijm maken! Ik vind het onnodig, ik vind het vies en ik vind het gewoon een hoop geklieder voor niks.
Enfin, regenachtige dag. Papa weg. Kinderen vervelen zich. En voor ik het weet ben ik in de weer met lijm, scheerschuim en lenzenvloeistof.
Ik plant de jongens op de grond in de keuken, pak een bak en promoveer Joël tot 'assistent'. Een rol die hij heel serieus neemt. Inmiddels ken ik het recept uit mijn hoofd en geobserveerd door twee paar ogen beginnen we. Vrijwel direct heb ik al spijt. Het plakt, ellenlange draden slijmerige smurrie over de vloer. Alle goede begin start natuurlijk met voorbereiding. Daar kom ik achter als ik tot in mijn ellebogen onder de witte smurrie zit. Geen doekje in de buurt, geen schort voor gedaan, hoe moet ik nou met vieze handen die lenzenvloeistof pakken? Gelukkig kan ik rekenen op alle support van mijn persoonlijk assistent die druk voor mama doende is.
Maar, naar mate we meer en meer met de lenzenvloeistof aan de slag gaan, ontstaat er toch een soort slijmerig geheel wat niet meer plakt. Gretig kneed Joël met zijn vingers door het witte goedje. Hij is heel er van het 'voelen' en kan zich letterlijk uren vermaken met fluffy, slijmerige speelgoedjes, voel- dingen en nu dus ook slijm. Met de minuut dat het slijm meer en meer 'vorm' krijgt zie ik hem gelukkiger worden.
Natuurlijk drentelt Levi ook rond in de keuken en vragen we hem of hij ook slijm wil voelen. Met een vies gezicht zegt hij kortdaat 'nee'. Ook na meerdere pogingen is hij niet te verleiden. Veel te vies. Wel is hij druk in de weer met de lenzenvloestof die druppelsgewijs over de keukenvloer uitgestort wordt.
Als alles en iedereen na een uurtje weer gepoetst is en de helft van het gemaakte 'slijm' al door de gootsteen is gespoeld begrijp ik weer waarom ik dit ook alweer deed. Vanmiddag heb ik de gelukkigste peuter op aarde. Hij is de hele middag aan de tafel in de weer met 'slijm'. We moeten oma bellen om het slijm te laten zien, we moeten het in een speciaal zakje bewaren en naast zijn bed leggen. Zelfs wanneer hij 's nachts half wakker wordt vraagt hij om zijn 'slijm'.
En eindelijk... nu begrijp ik waarom al die 'youtube-mama's' zich laten verleiden tot het maken van slijm. Succes verzekerd! Laat die regen maar komen! Hoewel...☀️
vrijdag 8 maart 2019
Op avontuur
Hebben jullie dat ook? Een Bucketlist? Iedereen heeft tegenwoordig een ‘dit-wil-ik-doen-voor-ik-er-niet-meer-ben-lijst’. Er worden zelfs boeken en voorgedrukte bucketlists verkocht zodat je ook hier zelf niet meer over na hoeft te denken. Kijk af en toe in je ‘bucketlist-boek’ en je weet weer wat je te doen staat in het leven.
Nou, weet je... ik beken. Ik ben fan en heb ook een lijst. Ik heb zelfs een boek! Ik vind het heerlijk om weg te dromen bij alles wat nog zou kunnen. Ervan uitgaand dat ik nog genoeg leven voor me heb, alle energie en financiële middelen ligt de wereld open! Vooruit, een exclusief inkijkje in mijn ‘bucketlist’:
- Met man en kinderen op wereldreis
- Egg coffee drinken, natuurlijk het liefst in Hanoi, Vietnam zelf! ( kijk zelf maar, koffie met ei👍🏼) https://youtu.be/AoWhCJHpYpI
- Een boek schrijven, of twee of drie
- Vloeiend een andere taal spreken
- En nog heel erg veel meer.
Is het allemaal realistisch? Ach vast niet, maar weet je, als er niets meer te dromen is ga je dood. Tenminste... ik dan... denk ik.
Bovendien denk ik dat zo’n bucketlist wel met me mee zal groeien en zal er over een aantal jaar iets op staan als: nog 1x biefstuk eten met mijn eigen tanden of de rollator race winnen.
Hierover nadenkend besef ik me dat deze dromen leuk en misschien zelfs waardevol zijn (beginnen niet heel veel acties met een droom of gedachte?) maar dat dit alles uiteindelijk niet eens het grootste avontuur is. Natuurlijk klinkt het groots om naar Thailand te vertrekken, klinkt het bijna surrealistisch om alles achter je te laten, maar eigenlijk.... voor mij is het grootse en meest spannende avontuur het grootbrengen van onze jongens. Dat is tien keer zo 'eng' dan verhuizen of andere ‘dwaze’ dingen doen.
Is het namelijk niet wat veelomvattend, het ‘totaalpakket’ in de opvoeding? Het lichamelijke stuk, maar ook geestelijk, emotioneel, cognitief, sociaal. Zijn de tanden goed
gepoetst, wat zit er nou weer voor rare bobbel achter dat oortje, spelen ze wel genoeg met andere kindjes, klimmen en stoeien ze wel genoeg, eten ze goed en worden ze uitgedaagd? Bieden we ze voldoende te puzzelen, kleuren, ontdekken? Prikkelen we de boys om zich te ontwikkelen? Voelen ze zich veilig, vertrouwd? Hebben ze genoeg rust? Zitten we er teveel bovenop of juist te weinig? Waarom snap ik de boze buien van de jongens soms niet en waarom schoot ik nou weer uit mijn slof terwijl het niet nodig was?
gepoetst, wat zit er nou weer voor rare bobbel achter dat oortje, spelen ze wel genoeg met andere kindjes, klimmen en stoeien ze wel genoeg, eten ze goed en worden ze uitgedaagd? Bieden we ze voldoende te puzzelen, kleuren, ontdekken? Prikkelen we de boys om zich te ontwikkelen? Voelen ze zich veilig, vertrouwd? Hebben ze genoeg rust? Zitten we er teveel bovenop of juist te weinig? Waarom snap ik de boze buien van de jongens soms niet en waarom schoot ik nou weer uit mijn slof terwijl het niet nodig was?
En voor later: krijgen ze genoeg te zien van kunst, cultuur, geschiedenis, sport, godsdienst? Groeien ze op in een stimulerend sociaal klimaat? Pffff... en weet je wat het ergste is? Je kunt het maar 1x doen! We krijgen als papa en mama maar één kans om het goed te doen of te verknallen. En trouwens... wie geeft de garantie dat, wanneer wij alles ‘goed’ zouden doen, het ook daadwerkelijk ‘goed’ met de jongens komt? Niemand. Helemaal Niemand. En daarom is dit een super spannend avontuur. Een avontuur waarin wij de regie niet hebben en een avontuur waar we nooit meer uit kunnen (of willen) stappen. Het ultieme ‘wie A zegt moet ook B zeggen-avontuur’. Geen weg terug.
‘Voelen, moet je’, advies van manlief. ‘Gewoon aanvoelen wat ze nodig hebben. Je hebt je intuïtie toch?’ Eerlijk is eerlijk, mijn intuïtie zegt de laatste tijd niet heel veel meer dan ‘slaap’ of ‘koffie’. Met deze twee ingrediënten ga ik de wereld en de jongens niet redden.
Pffff pittig hoor...Ik ga terug naar mijn mannen. Geef ze een extra knuffel en fluister een extra gebedje in hun oor. ‘Het komt immers vast goed’. Dat was het toch, mam?
En die ‘Bucket-list’? Ach, laat ook maar...
Op 'missie'
Yes! We gaan op missie! Wat klinkt dat hè? Wij gaan op missie in de stad, we gaan op missie in de keuken, we gaan op missie...
Hoe we dat doen?
Wel, 'op missie' gaan is een van de hobby's van onze grote peuterzoon. Als we 'gewoon maar naar buiten' gaan is er natuurlijk niet zoveel aan. Gaan we 'op missie', dan gaat er wat gebeuren! Soms gaan we 'op missie' naar de kaas in de supermarkt, soms naar wat te eten in de keuken, soms gaan we 'op missie' naar verloren speelgoed onder de bank en ook vandaag gaan Joël en mama 'op missie'. Onduidelijk is nog waar de misie dit keer precies over gaat. We lopen buiten en ik vraag hem wat we voor missie gaan doen. Ik verwacht 'op missie' te worden gestuurd naar de speelgoedwinkel voor een nieuwe bal of naar de gouden M voor een kids menu. Maar nee. Zoonlief weet me weer opnieuw te verassen.
'Ik wil een nieuwe vriend, mama. We gaan op missie naar een vriend'. Wow! Ik ben wakker en ik ben voor! Hoe ga je op missie naar een vriend? Ik heb geen concreet plan, maar voor Joël is dit, zoals zoveel, kinderlijk eenvoudig. We lopen een tijdje rond en zien een jongen van een jaar of 8 samen met zijn vader. 'Kijk', zegt Joel, 'dat is mijn vriend'. Vol adoratie loopt hij vlak langs hem en zegt: 'Jij ben mijn vriend'. Jongen, noch vader zien of horen deze, wat ongewone, mededeling maar dat mag de pret niet drukken. Blij dat hij een nieuwe vriend gevonden heeft vervolgt mijn kleine man zijn weg. Volgende missie. 'Stenen zoeken om in het water te gooien'.
Toch blijft het bij me hangen. Op missie naar een nieuwe vriend. Probeer het eens. Probeer eens op deze manier op stap te gaan. De caissière kan zomaar ineens een vriendin van je worden, of die toevallige voorbijganger ineens een vriend. Geloof me, de wereld ziet er heel anders uit.
Voor Joël is de wereld om hem heen nog vriendelijk en veilig. Alle volwassen meneren en mevrouwen zijn er om jou te helpen als je bent gevallen of als je papa en mama kwijt bent. Boeven bestaan alleen op youtube en tv en enge mannen zijn hartstikke nep. ('Pff, dat weet je toch mama!').
En zo balanceren we regelmatig op het randje van kinderfantasie, onschuld en realiteit. Natuurlijk zeggen we dat hij niet met onbekende mensen mee moet gaan, niets van mensen aan moet nemen etc.. Natuurlijk wijzen we hem op gevaar en gedoe. Of het binnen komt? Ik weet het niet en laat het maar. Ik kies ervoor mee te gaan in de wereld die de zijne is en, als het er ooit op aankomt, te vertrouwen. Te vertrouwen op bescherming van buiten en van boven en te vertrouwen op de intuïtie van mijn kleine man.
Nu ik inmiddels drie en een half jaar mama mag zijn zie en leer ik dat opvoeden en begeleiden inderdaad voor een groot deel uit loslaten bestaat. Oudere papa's en mama's weten dat al lang natuurlijk. Loslaten begint nu al. Eerder dacht ik dat 'loslaten' pas een item werd als kinderen uit gaan vliegen, als ze naar de andere kant van de wereld reizen of als ons kroost op zichzelf gaan wonen. Maar nee, loslaten begint al in de speeltuin. Loslaten begint al 's morgens vroeg wanneer onze ochtendknuffel langzaam maar zeker uitmond in een stoeipartij en ik het liefst Levi weg wil trekken onder het knuffelgeweld van zijn grote broer.
En eerlijk is eerlijk, hoe meer ik oefen, hoe makkelijker het me op de een of andere manier af gaat. Ja, ik weet het, nu gaat het nog om kleine stapjes, maar wat voelt het soms als mijlpalen.
'Het komt vanzelf wel,' zei mijn moeder altijd. En ja, heel veel komt ook vanzelf, maar ik zie dan voornamelijk allerhande kruimels, kilo's was, billendoekjes, chaos, stapels afwas en irritante legoblokjes (auw!) Ja, dat komt allemaal vanzelf. Maar alles wat met 'rust, reinheid en regelmaat' te maken heeft? Dat komt geenzins vanzelf, zo lijkt het.
Totdat... Ik op een dag ontdek dat Joël al lang weet wanneer er een plas komt en dus ineens overdag geen luier meer nodig heeft. Huh? Hebben we geoefend dan? Ik kan het me niet herinneren. Op een dag ontdek ik dat Levi heel netjes met een lepel kan eten. Huh? Dat komt vanzelf! Ik ben met Joël op visite en ineens bedankt hij voor een koekje. Huh? Doet hij thuis nooit... Levi kan ineens blokken bouwen en Joël zelf zijn broek (achterstevoren) aan doen.
Dus ja, veel dingen komen 'vanzelf'. Een geruststellende gedachte voor een (beetje) een control-freak -mama.
Achterover leunen, zelf laten ontdekken, faciliteren, soms wat sturen en ja, dan komt heel veel 'vanzelf'.
Het helpt manlief en mij om meer en meer relaxed op te voeden en erop te vertrouwen dat veel 'vanzelf' goed komt. En ja, we zitten er met m'n neus bovenop want we willen niks missen. Zo heel vanzelf gaat het nou ook weer niet...
Nou ja, je weet wat ik bedoel. Lieve mede- mama's: laten we alsjeblieft soms lekker de boel de boel laten en accepteren dat sommige dingen 'vanzelf' gaan en andere dingen gewoon anders dan wij plannen. Soms zelfs beter, toch?
Geniet van je relax momentje vandaag en bedenk midden tussen de chaos: 'het komt vanzelf'. Bedankt mam!
Het helpt manlief en mij om meer en meer relaxed op te voeden en erop te vertrouwen dat veel 'vanzelf' goed komt. En ja, we zitten er met m'n neus bovenop want we willen niks missen. Zo heel vanzelf gaat het nou ook weer niet...
Nou ja, je weet wat ik bedoel. Lieve mede- mama's: laten we alsjeblieft soms lekker de boel de boel laten en accepteren dat sommige dingen 'vanzelf' gaan en andere dingen gewoon anders dan wij plannen. Soms zelfs beter, toch?
Geniet van je relax momentje vandaag en bedenk midden tussen de chaos: 'het komt vanzelf'. Bedankt mam!
zaterdag 2 maart 2019
We zijn ziek...
We zijn ziek. Het klinkt bijna als een soort status quo, en dat voelt ook zo.
Een van de kinderen is begonnen met een griepje en dit luttele griepje heeft ons allemaal, stuk voor stuk, meerdere keren geveld.
Iedere ochtend wachten we vol spanning af wie vandaag wel doorloopt en wie niet.
En natuurlijk, op een slechte dag was ook mama aan de beurt. Koorts. Keelpijn. Ik kruip in bed, omringd door twee kinderen die 'ineens' ook heel graag in bed willen liggen. Energie en kracht ontbreekt me om hier tegenin te gaan en gelaten aanvaard ik het gestoei en gekibbel rondom me.
'Niet slaan,' roep ik af en toe op goed geluk. Inmiddels weet ik dat empatie in het brein van mijn jongens nog vol in ontwikkeling is dus dat ik niet op heel veel compassie hoef te rekenen.
Bah! vandaag is zo'n dag die ik over wil slaan. Het is een uur later. Het is me, natuurlijk met hulp van manlief, gelukt het bed voor mijzelf alleen te claimen. Wat een weelde! Ik nestel me in mijn eigen wereld. Slapen en pas morgen weer wakker worden graag.
Wat in de woonkamer, een paar meter verderop gaande is, weet ik niet. Het lijkt op een ander universum. Met een flinke dosis zelfmedelijden krijg ik ineens een 'flashback' naar vroeger. Vroeger toen ik ziek was en mama daar was met glaasjes suikerwater (als het heel erg was tenminste). Ik bedenk dat ik nu wel 'suikerwater-ziek' ben en neem als troost nog maar een snoepje. Het lukt om een paar uur te slapen en voel ik me daarna weer wat beter. Ik verzamel alle moed en stap de woonkamer binnen, die inmiddels veranderd is in een echte 'mancave'.
Gelukkig ontbreekt het me nog steeds aan energie om me ook maar ergens druk om te maken en gelaten laat ik de troep de troep en probeer onopvallend neer te strijken op een hoekje van de bank.
Gelukkig duurt mijn koorts maar een dag en ben ik al snel weer voldoende opgeknapt om me wel druk te maken om van alles en me diep te schamen voor mijn 'mannengriep'. Tjonge, een dag koorts en gelijk in bed gaan liggen. Waar is de tijd gebleven dat ik met hoge koorts een kind op de wereld zette? Oké, extreme gedachte maar toch. Hup, kom maar weer op met die mama- power.
Omdat ik het gevoel heb dat ik een week binnen heb gezeten, ga ik lekker met Joël naar buiten vandaag. Helaas is dit voor mijn kleine grote zoon de trigger en ja hoor, de volgende dag weer hoge koorts.
'Mama ik ben ziek'. Overbodige mededeling, want een blik op zijn rode wangen en waterige oogjes zegt genoeg. Natuurlijk kom ik gelijk in actie. Koorts meten. 'Kom, even kijken hoe hoog je koorts is' zeg ik. Uit het bed een resoluut armgebaar. 'Nee, nooit', klinkt het overtuigd. Gevolgd door: 'ik heb 25.16'. En hoe ik het daarna ook nog probeerde, de koorts werd niet gemeten en bleef 25.16.
Omdat het er gedurende de dag niet beter op werd, probeerde ik paracetamol. Een pilletje en lekker slapen. Maar nee. Geen pilletje. Onze Joël gelooft alleen in 'vitamimen' en heeft dan ook heel wat sinaasappeltjes weg gewerkt. Ja jochie, zelfs ziek zijn doe jij op jouw eigen manier.
Hij drinkt erg slecht en dat baart ons zorgen. Keelpijn. Hoe vaak ik ook zeg dat drinken dan juist goed is, nee is nee. (Kan ik wat van leren...).
Wat hebben we hem achterna gelopen. Water, thee, nou, vooruit dan maar cassis, limonade of cola misschien? Weg alle opvoedidealen. Welkom alle zoetigheid. Ingehaald door de realiteit zijn we in de weer met snoep, ijs en suikers.
Joel wil wel chips. Nee geen beren chips, die zijn voor baby's. Klopt. 'Ik wil echte chips, opa en oma chips', zegt hij. Ik antwoord hem zoals zo vaak: 'Die heb ik niet in huis, dan moeten we eerst naar de winkel'. Geïrriteerd antwoord hij dat opa en oma wel chips hebben en dat die tenminste nooit naar de winkel hoeven. Ja jochie, wen er maar aan. Bij opa's en oma's is alles beter. Dat hoort ook zo.
En zo 'rommelden' we een beetje door. Afspraken werden aan de lopende band afgezegd want zelf ziek of kinderen ziek. Het maakt niet uit, we zijn min of meer aan huis gekluisterd.
Maar... er lijkt verbetering! De lente komt eraan! Open die ramen en deuren en weg alle griep! Op het moment dat ik dit schrijf (jullie lezen dit een poosje later:-) lijkt het zonnetje weer te schijnen in huize Surachot. De koorts is bij iedereen al een hele dag weg en voorzichtig komt er weer wat vrolijkheid. Joël z'n grote wens op dit moment is poffertjes eten (gaan we regelen jongen!) en Levi wil alleen maar 'mama'. Kunnen we ook (bijna altijd) regelen.
Wat zijn we blij met dit voorzichtige zonnetje. Met een glimlach verheug ik me op de dag dat ik mijn winterkleren op kan ruimen en weg kan leggen. Voor heel lang...
Enne... omdat alles wat je aandacht geeft nou eenmaal groeit, neem ik me ook voor om niet meer uitgebreid te bloggen over griep, je weet maar nooit😉
Een gezonde week voor jullie allemaal!
We zijn ziek. Het klinkt bijna als een soort status quo, en dat voelt ook zo.
Een van de kinderen is begonnen met een griepje en dit luttele griepje heeft ons allemaal, stuk voor stuk, meerdere keren geveld.
Iedere ochtend wachten we vol spanning af wie vandaag wel doorloopt en wie niet.
En natuurlijk, op een slechte dag was ook mama aan de beurt. Koorts. Keelpijn. Ik kruip in bed, omringd door twee kinderen die 'ineens' ook heel graag in bed willen liggen. Energie en kracht ontbreekt me om hier tegenin te gaan en gelaten aanvaard ik het gestoei en gekibbel rondom me.
'Niet slaan,' roep ik af en toe op goed geluk. Inmiddels weet ik dat empatie in het brein van mijn jongens nog vol in ontwikkeling is dus dat ik niet op heel veel compassie hoef te rekenen.
Bah! vandaag is zo'n dag die ik over wil slaan. Het is een uur later. Het is me, natuurlijk met hulp van manlief, gelukt het bed voor mijzelf alleen te claimen. Wat een weelde! Ik nestel me in mijn eigen wereld. Slapen en pas morgen weer wakker worden graag.
Wat in de woonkamer, een paar meter verderop gaande is, weet ik niet. Het lijkt op een ander universum. Met een flinke dosis zelfmedelijden krijg ik ineens een 'flashback' naar vroeger. Vroeger toen ik ziek was en mama daar was met glaasjes suikerwater (als het heel erg was tenminste). Ik bedenk dat ik nu wel 'suikerwater-ziek' ben en neem als troost nog maar een snoepje. Het lukt om een paar uur te slapen en voel ik me daarna weer wat beter. Ik verzamel alle moed en stap de woonkamer binnen, die inmiddels veranderd is in een echte 'mancave'.
Gelukkig ontbreekt het me nog steeds aan energie om me ook maar ergens druk om te maken en gelaten laat ik de troep de troep en probeer onopvallend neer te strijken op een hoekje van de bank.
Gelukkig duurt mijn koorts maar een dag en ben ik al snel weer voldoende opgeknapt om me wel druk te maken om van alles en me diep te schamen voor mijn 'mannengriep'. Tjonge, een dag koorts en gelijk in bed gaan liggen. Waar is de tijd gebleven dat ik met hoge koorts een kind op de wereld zette? Oké, extreme gedachte maar toch. Hup, kom maar weer op met die mama- power.
Omdat ik het gevoel heb dat ik een week binnen heb gezeten, ga ik lekker met Joël naar buiten vandaag. Helaas is dit voor mijn kleine grote zoon de trigger en ja hoor, de volgende dag weer hoge koorts.
'Mama ik ben ziek'. Overbodige mededeling, want een blik op zijn rode wangen en waterige oogjes zegt genoeg. Natuurlijk kom ik gelijk in actie. Koorts meten. 'Kom, even kijken hoe hoog je koorts is' zeg ik. Uit het bed een resoluut armgebaar. 'Nee, nooit', klinkt het overtuigd. Gevolgd door: 'ik heb 25.16'. En hoe ik het daarna ook nog probeerde, de koorts werd niet gemeten en bleef 25.16.
Omdat het er gedurende de dag niet beter op werd, probeerde ik paracetamol. Een pilletje en lekker slapen. Maar nee. Geen pilletje. Onze Joël gelooft alleen in 'vitamimen' en heeft dan ook heel wat sinaasappeltjes weg gewerkt. Ja jochie, zelfs ziek zijn doe jij op jouw eigen manier.
Hij drinkt erg slecht en dat baart ons zorgen. Keelpijn. Hoe vaak ik ook zeg dat drinken dan juist goed is, nee is nee. (Kan ik wat van leren...).
Wat hebben we hem achterna gelopen. Water, thee, nou, vooruit dan maar cassis, limonade of cola misschien? Weg alle opvoedidealen. Welkom alle zoetigheid. Ingehaald door de realiteit zijn we in de weer met snoep, ijs en suikers.
Joel wil wel chips. Nee geen beren chips, die zijn voor baby's. Klopt. 'Ik wil echte chips, opa en oma chips', zegt hij. Ik antwoord hem zoals zo vaak: 'Die heb ik niet in huis, dan moeten we eerst naar de winkel'. Geïrriteerd antwoord hij dat opa en oma wel chips hebben en dat die tenminste nooit naar de winkel hoeven. Ja jochie, wen er maar aan. Bij opa's en oma's is alles beter. Dat hoort ook zo.
En zo 'rommelden' we een beetje door. Afspraken werden aan de lopende band afgezegd want zelf ziek of kinderen ziek. Het maakt niet uit, we zijn min of meer aan huis gekluisterd.
Maar... er lijkt verbetering! De lente komt eraan! Open die ramen en deuren en weg alle griep! Op het moment dat ik dit schrijf (jullie lezen dit een poosje later:-) lijkt het zonnetje weer te schijnen in huize Surachot. De koorts is bij iedereen al een hele dag weg en voorzichtig komt er weer wat vrolijkheid. Joël z'n grote wens op dit moment is poffertjes eten (gaan we regelen jongen!) en Levi wil alleen maar 'mama'. Kunnen we ook (bijna altijd) regelen.
Wat zijn we blij met dit voorzichtige zonnetje. Met een glimlach verheug ik me op de dag dat ik mijn winterkleren op kan ruimen en weg kan leggen. Voor heel lang...
Enne... omdat alles wat je aandacht geeft nou eenmaal groeit, neem ik me ook voor om niet meer uitgebreid te bloggen over griep, je weet maar nooit😉
Een gezonde week voor jullie allemaal!
vrijdag 22 februari 2019
Een herinnering en een mooi muziekje
Het is vroeg in de ochtend. Stijf van het zitten in een rare houding wordt ik wakker uit een soort halve slaap. Ik heb een droge keel van de chemische lucht en er hangt een kind over me heen. Gelukkig, het slaapt! Ik bespeur wat beweging om me heen. Hier en daar gaat een stoel omhoog. Dekentjes worden opgevouwen en weg gelegd. De crew is in het keukenblokje druk doende met het opwarmen van koffie en iets van een soort maaltijd. Ergens gaat een raampje 'open'. Lichtstralen verstoren de serene rust die heerste. Ik probeer een glimp op te vangen van wat zich buiten afspeelt, maar zie niets. Hele felle lucht en licht. Geen grond, nog geen bestemming. Nog even geduld.
Dreumes op mijn schoot roert zich ook, geactiveerd door het licht van buiten. Droge wangetjes en een droge mond. Ik deel het kleine beetje water wat we hebben bewaard. Niet teveel want ik heb geen zin in een nat pak net voor aankomst. Ik smeer wat crème op droge wangentjes en we lijken ineens 'herboren'. Langzaam komen we uit onze oncomfortabele houding en probeer ik wat te rekken en te strekken. Ik moet naar toilet maar ik wil niet. Vies, lastig met dreumes en te lang wachten. Dilemma. Ratio wint het. Ik kan beter nu gaan dan na het ontbijt, wanneer iedereen zich tegelijkertijd naar het toilet moet spoeden. En ach, het valt uiteindelijk alles mee.
Enigszins verfrist kom ik terug bij onze plek die de afgelopen uren op wonderbaarlijke manier is veranderd in een complete chaos. Het is een slagveld van papiertjes, lege bekertjes, dekentjes, gevallen kledingstukken, brokken speelgoed en af en toe een stuk brood of koek. Gewoontegetrouw begin ik waarmee iedere ochtend begint. Opruimen. O, wat voelt dit als 'thuis'. Zodra de kindertjes
hun oogjes openen ontstaat er een vreemd soort rommel, zo ook nu. Mijn gescharrel, het gebrabbel van dreumes en de bedrijvigheid van het personeel maakt 'mijn' andere twee mannen ook wakker. Mooi. Precies op tijd. Precies op tijd is onze plek weer toonbaar en komt er... eten! De meest heerlijke afleiding op vliegreizen, vooral met kinderen. We
proberen het 'eetmoment' zo lang en gestructureerd mogelijk te laten verlopen. Alles om tijd te rekken. Nog anderhalf uur, en dan... dan zijn we er! Ik kan het niet laten een beetje make-up te smeren (een totaal zinloze actie na een vliegreis, maar je moet wat). Een smeerseltje geeft in ieder geval een lekker luchtje want na zo'n onderneming
valt er wel een en ander te verdoezelen...
Dan, eindelijk... Gordels moeten vast. Eindelijk gaan we landen. Kids op schoot, een laatste troef ter afleiding en een stiekem moment van verstandhouding met manlief. Want: eerlijk is eerlijk; spannend vinden we het allebei. Altijd, altijd op dit moment vraag ik me af waarom we ons dit eigenlijk aandoen. Samen met man en twee kindertjes hang ik ergens tussen hemel en aarde (ik voel me iets dichter bij
de hemel:-)) en zal dadelijk landen op een piepklein stipje op de landkaart. Met een schietgebedje en de gedachten aan wat straks komen gaat, ga ik deze sores te lijf. We hebben nou eenmaal gekozen dus we zetten door. Bovendien is terug gaan op dit moment van de reis een beetje ingewikkeld...
En dan... we landen op Suvarnabhumi, de luchthaven van Bangkok. Na het gebruikelijke ritueel van het verlaten van het vliegtuig (wat me altijd veel te lang duurt) komen we aan op de luchthaven. De warmte, de geur en de mensen... Het voelt een klein beetje als thuis. Ik vraag me af of dat zo blijft of niet. Met een vreemde blij- kriebel in mijn buik gaat het avontuur verder. Maar nu.... eerst tanden poetsen!
'Mama... ik heb honger'. Met een ruk kom ik 'terug op aarde'. Weg dagdroom. Weg herinnering. Een hongerig jongetje vraagt om aandacht en eten. Een ander dreumes- kind scharrelt erachteraan, bang om ook maar iets te missen. Samen met de mannen ga ik op strooptocht in de keuken. Hun favoriete bezigheid.
Ineens is Thailand weer net zo ver weg als het lijkt en ben ik weer in het vertrouwde Haagse. Niet slecht hoor. Heel vertrouwd, soms heel verrassend.
Zoals deze week. Samen met dreumes- Levi , die niet meer in zijn wagentje wil, wandel ik door het centrum. Vooral op zoek naar uitdaging en lichaamsbeweging voor meneer. Opeens worden we blij verrast door muziek. Maar èchte muziek! Van ver horen we het geluid van trommels en tamboerijnen. Gezang. Het klinkt vrolijk en trekt met onweerstaanbare kracht. We gaan op het geluid af en ontdekken een grote familie, wel tien volwassenen en acht kinderen, die de sleur van de dag doorbreken met een vrolijke noot. En wat worden we daar blij van. Al in mijn vorige blog schreef ik iets over de straatmuzikant. Ik hou ervan! Inmiddels heb ik mijn eigen 'favorieten', maar deze groep is nieuw voor mij. Met hun vrolijkheid en uitbundigheid nemen ze een deel van het winkelpubliek mee. En ja, ook ik betrap mezelf erop dat helemaal stil staan niet meer lukt... Gelukkig heb ik met dreumes een prima 'excuus' en samen 'huppen' we een poosje rond. Wat een heerlijkheid om zomaar, midden op de doodgewone dag, iets of iemand te ontmoeten die je in een blijde beweging zet! Hierbij opnieuw, een ode aan de straatmuzikant!
En verder... we leven ons leventje zoals ieder ander. We stressen wat, we lachen, we huilen en we brommen. Ons 'grote doel' komt steeds dichterbij, en daarmee ook allerlei ander nieuws. Op 'slechte dagen' maak ik me druk. Druk over ons verblijf, druk over mijn visum, druk of we wel alles regelen, overal aan denken en druk of we daar wel warm water hebben. Op 'goede' momenten kan ik niet wachten om te vertrekken, eten we ijsjes in Thailand, winkelen we in de shopping Mall en zie ik de kids in korte broek rond een eenvoudig huisje huppelen. We wonen buiten, tot het te warm wordt, we eten noodlesoep en rijst en natuurlijk ken ik de taal binnen no- time. We kennen de buren, hebben geen last van cultuurverschillen en hebben eindeloos geduld, iets wat we natuurlijk heel gemakkelijk leren. We begeven ons in het Thaise verkeer alsof het om een rustig Hollands dorpje gaat en we hebben geen last van ziekte en heimwee.
Ach, de praktijk zal zich ergens tussen die twee werelden begeven. We gaan het zien!
Reis je mee?
Abonneren op:
Posts (Atom)